business

Nederlandse adverteerders keren terug naar conversiecampagnes na een periode waarin videoviews en awareness domineerden. Het aandeel conversiegericht adverteren in de totale social media-uitgaven steeg naar 25,8 procent in de eerste helft van 2025. Deze ontwikkeling gaat hand in hand met een verschuiving in het platformlandschap, waarbij TikTok gestaag marktaandeel afsnoept van Meta. Dat blijkt uit de jongste editie van de DDMA Social Advertising Benchmark, waarin 514.000 campagnes met een totale waarde van 354 miljoen euro zijn geanalyseerd over de periode januari 2021 tot en met juni 2025. De data laten zien dat Meta nog altijd het grootste deel van de budgetten naar zich toe trekt met 62,2 procent. Het platform heeft sinds 2021 wel meer dan elf procentpunten marktaandeel ingeleverd. TikTok profiteert het meest van die verschuiving en groeide naar 17,8 procent van de totale uitgaven aan social media-advertenties. De hernieuwde focus op conversie concentreert zich vrijwel volledig bij Meta, dat 23,2 procent van zijn totale advertentie-inkomsten uit deze campagnes haalt. Dat is ook niet onverwacht, want online adverteren wordt steeds duurder. Adverteerders kiezen óf voor het uitbouwen van hun merk óf voor performance, advertenties die direct moeten bijdragen aan de omzet. Videoviews hebben daarom flink terrein verloren, want een view converteert niet makkelijk in een daadwerkelijk aankoop bij een webwinkel. TikTok en in mindere mate LinkedIn zijn dan weer een uitzondering op die regel. TikTok zag zelfs een verdubbeling van de spend tussen 2023 en 2024. Een opvallende verschuiving doet zich voor tussen Reddit en Pinterest. Reddit groeide door naar 1,4 procent van de social spend en stak daarmee Pinterest voorbij, dat terugviel naar 0,9 procent. Die ontwikkeling heeft alles te maken met de sterke prestaties van Reddit op traffic-objectives. Het platform noteerde in juni een gemiddelde click-through rate van 0,27 procent, aanzienlijk hoger dan de 0,04 procent van Pinterest. In combinatie met lage CPM’s levert dat Reddit gunstige posities op in de mid-funnel, waar adverteerders op zoek zijn naar betrokkenheid zonder direct op conversie te sturen. Reddit heeft de afgelopen jaren bovendien flink geïnvesteerd in zijn advertising-infrastructuur. Uitgebreidere targetingopties en een gebruiksvriendelijker self-serviceplatform hebben de drempel verlaagd voor adverteerders die het platform eerder links lieten liggen. In B2B is die groei nog explicieter: daar steeg het aandeel van Reddit van 0,3 procent in 2023 naar 3,3 procent in 2025, terwijl het in B2C slechts opliep van 0,1 naar 1,2 procent. Adverteerders vinden in de uiteenlopende communities van Reddit een manier om specifieke doelgroepen aan te spreken die via traditionele kanalen moeilijk bereikbaar zijn. Pinterest behoudt ondertussen zijn relevantie voor awareness en inspiratie. De spend vertoont een stabiel patroon met pieken in januari en maart, en het platform scoort structureel beter dan Reddit op video-objectives. Dat maakt Pinterest nog altijd waardevol voor merken die zich richten op de bovenste fase van de funnel. De verschuiving van Meta naar TikTok geldt niet voor alle sectoren in gelijke mate. Bij Opleidingen daalde het aandeel van Meta van 66,3 procent in 2024 naar 47,8 procent in de eerste helft van 2025. TikTok en Snapchat vingen dat verlies grotendeels op, een logische ontwikkeling gezien het belang van jongeren als doelgroep in deze sector. In FMCG liggen de kaarten anders, zo toont het DDMA-onderzoek. TikTok groeit daar weliswaar sterk van 18,0 naar 27,5 procent, maar Meta blijft gelijk rond de 52 procent. Merken beschouwen TikTok in deze sector als extra touchpoint om consumenten te bereiken, niet als substituut voor bestaande kanalen. Pure e-commerce blijft vrijwel volledig trouw aan Meta, ondanks een lichte daling in de afgelopen jaren. TikTok speelt er nauwelijks een rol van betekenis. Bij Retail Mixed, of: omnichannel, zien adverteerders TikTok inmiddels als volwaardig alternatief, met een duidelijke beweging weg van Meta. Foto: camilo jimenez / Unsplash

De Python Software Foundation heeft een goedgekeurde subsidie van 1,5 miljoen dollar van de Amerikaanse overheid afgewezen. De reden? De organisatie mocht geen enkele activiteit rond diversiteit, gelijkheid en inclusie meer ondernemen. Ook al is de Python Software Foundation een kleine organisatie, hun beslissing is opmerkelijk. En wel om twee redenen.Eerst even de feiten. In januari 2025 diende de Python Software Foundation voor het eerst in haar bestaan een aanvraag in voor Amerikaanse overheidsfinanciering.Het ging om een subsidie van 1,5 miljoen dollar, verspreid over twee jaar, toegekend door de National Science Foundation (NSF).  Het doel was helder: structurele beveiligingsproblemen aanpakken in Python en PyPI, de repository van Python packages. Kleine lettertjes Na een veeleisend selectieproces kwam het verlossende nieuws: de aanvraag was goedgekeurd. Slechts 36 procent van de nieuwe NSF-aanvragers slaagt bij de eerste poging.Maar die aanvankelijke vreugde sloeg bij de stichting om toen ze de kleine lettertjes bestudeerden. ‘De contractvoorwaarden leggen op dat we geen programma’s uitvoeren die diversiteit, gelijkheid en inclusie bevorderen of promoten’, stelt Loren Crary, deputy executive director van de Python Software Foundation. De beperking gold, volgens Crary, niet alleen voor het gesubsidieerde beveiligingsproject, maar voor álle activiteiten van de Python Software Foundation. Bovendien zou de Amerikaanse overheid het recht behouden om eerder uitgekeerd geld terug te vorderen bij vermeende overtredingen. ‘Dit zou voor ons een enorm financieel risico zijn’, legt Crary uit.Waarmee de Python Software Foundation bedankte voor de 1,5 miljoen dollar. ‘We zijn teleurgesteld dat we in de positie zijn beland waarin we deze beslissing moesten nemen.’ Belang van Python Deze beslissing van de Python Software Foundation is vooral symbolisch. In vergelijking met Big Tech is de stichting een kleine garnaal in de technologie-oceaan.Maar tegelijk – en dat is de eerste reden van het belang van hun beslissing – valt het belang van Python onmogelijk te onderschatten. Het is, zo blijkt ook uit de eigen Computable Index, de populairste programmeertaal ter wereld en de ruggengraat van een groot deel van de moderne technologie-infrastructuur.De Python Software Foundation draagt de verantwoordelijkheid voor het beheer en de verdere ontwikkeling van deze cruciale opensource-technologie. Python wordt als taal en technologie – in het tijdperk van data en ai – niet alleen alsmaar belangrijker, ook het security-aspect binnen softwareontwikkeling is meer dan ooit van tel. Vrouwelijk team en sprekers Voor een stichting met veertien medewerkers en een jaarbudget van vijf miljoen dollar is het voor de Python Software Foundation best een kostbare principekwestie om zo’n subsidie af te wijzen.En de tweede reden van het belang van hun beslissing, is dat diversiteit en inclusie centraal staan in de missie van de organisatie. Het gaat dan om het bevorderen van de Python-programmeertaal én om het ondersteunen van een diverse en internationale gemeenschap van Python-programmeurs. ‘De resultaten van dit beleid zijn meetbaar’, benadrukt Loren Crary.Op PyCon US, de belangrijkste Python-conferentie, steeg bijvoorbeeld het percentage vrouwelijke sprekers van één procent in 2011 naar veertig procent vijf jaar later. ‘Dit gebeurde niet vanzelf, maar door actief uitreiken naar ondervertegenwoordigde groepen en het creëren van een warme omgeving waar zij zich welkom voelen’, zo klinkt het. Het contrast met grote techbedrijven is best opvallend. Waar bedrijven als Google, Meta en andere hun diversiteitsbeleid eerder aanpassen onder politieke druk, kiest een relatief kleine non-profitorganisatie met een handvol medewerkers dus voor een andere weg.Opvallend detail – of misschien net niet: acht van die veertien medewerkers van de Python Software Foundation zijn vrouwen, zo blijkt uit de teamvoorstelling op hun website. Wat meteen ook de inzet van de organisatie voor diversiteit in de praktijk illustreert.