computable

121 nieuwsberichten gevonden
Kort: Geen openbare postbezorging meer in Denemarken, nieuwe directeur Sogeti Nederland (en meer)
1 uur
Deense PostNL stopt met brievenpost, Inetum, DSI en UZ Gent pionieren met ai-toepassingen, Swipe4Work haalt 1,25 miljoen op en Lumo Labs beheert tweede TTT.AI-preseed-fonds. Dit zijn de onderwerpen in dit nieuwsoverzicht. Geen publieke postverzorging meer in Denemarken Denemarken stopt per 31 december 2025 met de openbare postbezorging, meldt PostNord. De beslissing volgt op een daling van meer dan 90 procent in het aantal verstuurde brieven sinds 2000 door de toegenomen digitalisering. Daarmee is het traditionele postverkeer volgens de vierhonderd jaar oude Deense postdienst financieel onhoudbaar geworden. PostNord ontsloeg eerder dit jaar zo’n 1500 van de 4600 werknemers en haalde de 1500 brievenbussen weg die het land rijk is (en die worden geveild voor goede doelen). PostNord richt zich alleen nog maar op pakketbezorging. Wel blijven er een paar logistieke dienstverleners in Denemarken post bezorgen via inlever-servicepunten.   Marco van den Brink nieuwe algemeen directeur Sogeti Nederland Per 1 januari 2026 wordt Marco van den Brink (53) algemeen directeur van Sogeti Nederland. Hij volgt Joost Ramaekers op die een functie binnen de Capgemini Group gaat vervullen. Van den Brink werkt al ruim dertig jaar bij Sogeti. Hij begon zijn carrière in 1994 bij Iquip als software-ontwikkelaar (in 2002 opgegaan in Sogeti). Gedurende zijn loopbaan heeft hij verschillende managementrollen vervuld, zowel in verkoop als operations. Ook gaf hij een aantal jaren leiding aan het kwaliteit- en testteam van Sogeti Nederland. Tussen 2014 en juli 2024 maakte hij deel uit van het Nederlandse directieteam van Sogeti. Naast zijn werk bij Sogeti zit hij in de raad van advies van de Open Universiteit Informatica en Informatiekunde en zet hij zich sinds 2017 in als lid van de adviesraad van ITvitae Learning, een organisatie die mensen met autisme en hoogbegaafdheid opleidt voor it-functies. Van den Brink studeerde bedrijfskundig informatica aan de Hogeschool van Economische Studies. Inetum en UZ Gent testen ai-toepassingen in de zorg Het Franse Inetum heeft samen met het Data Science Institute (DSI) en de ict-dienst van UZ Gent twee ai-toepassingen ontwikkeld die de administratieve belasting in het ziekenhuis moeten verminderen. Zo helpt een ai-chatbot, gebouwd op Microsoft Azure AI Foundry, medewerkers bij veelvoorkomende it-problemen en beantwoordt gemiddeld zestig vragen per dag. Hierdoor kan de ict-dienst zich richten op complexere issues. Het tweede project onderzoekt of llm’s lijvige medische ontslagbrieven kunnen samenvatten voor zorgverleners. De samenvattingen worden gegenereerd in een beveiligde omgeving met geanonimiseerde data. In een eerste evaluatie beoordeelde zeventig procent van de zorgverleners de resultaten als goed tot zeer goed. Het project bevindt zich nog in een testfase. Swipe4Work krijgt 1,25 miljoen groeikapitaal Recruitmentplatform Swipe4Work heeft 1,25 miljoen euro opgehaald in een investeringsronde met deelname van NOM en twee angel-investeerders uit de arbeidsmarktsector. De Groningse startup wil met het kapitaal AI-functionaliteit toevoegen aan zijn vacature-app, het matching-algoritme verbeteren en het platform internationaal opschalen. Swipe4Work koppelt vacatures en werkzoekenden via datagedreven matching en telt inmiddels bijna honderdduizend downloads en honderden aangesloten bedrijven. De investering wordt ook gebruikt voor uitbreiding van de verkoop- en klantenservice-teams en voor gerichte campagnes in sectoren zoals ict, techniek en zorg. Het bedrijf, opgericht in 2023, richt zich op verdere groei in Nederland en Europese expansie. In dat jaar ontving het een zaai-investering van 400.000 euro van investerings- en Ontwikkelingsmaatschappij voor Noord-Nederland (NOM) en G-Force Capital. Lumo Labs opnieuw fondsbeheerder voor Nederlandse ai-spin-offs  De Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) heeft het Nederlandse durfkapitaalfonds Lumo Labs opnieuw aangesteld als beheerder voor het tweede TTT.AI-preseed-fonds (TTT-regeling: Thematische Technology Transfer). Dit fonds heeft een omvang van acht miljoen euro en richt zich op investeringen in Nederlandse ai-spin-offs in een vroege fase. Het wordt beheerd als subfonds van het honderd miljoen tellende hoofdfonds van Lumo Labs. De benoeming volgt op een voorstel van een samenwerkingsverband van tien kennisinstellingen en vijftien partners. Het TTT.AI-programma is onderdeel van de nationale technologieoverdrachtsstrategie van de RVO en moet de ontwikkeling en commercialisering van ai-technologie versnellen door financiering en begeleiding van spin-offs van kennisinstituten.
Twijfels of C2000 de jaarwisseling goed doorkomt
7 uur
Alle ogen zijn tijdens de komende jaarwisseling gericht op het communicatienetwerk C2000. Agenten, brandweerlieden en ambulancepersoneel wachten gespannen af of C2000 ditmaal in de lucht blijft. Een jaar geleden ging het tijdens een uiterst rumoerig verlopen nacht volledig mis. Het C2000-netwerk is al jarenlang storingsgevoelig. In april 2025 meldde het ministerie van Justitie en Veiligheid verbeteringen van de beschikbaarheid en dekking van C2000, zowel in de meldkamers als op straat. In gebieden met verminderde dekking zijn masten bijgeplaatst. Ook is het radiobedieningssysteem van C2000 robuuster gemaakt; allerminst een overbodige luxe. Daarnaast is geprobeerd om verstoringen van het systeem te verminderen door externe factoren zoals zonnepanelen. Maar C2000 blijft kwetsbaar voor veranderingen in de bebouwde omgeving. Naast verbeteringen in het C2000-netwerk is het ministerie al meer dan vijftien jaar bezig het stelsel van de meldkamers op te vijzelen. Gerealiseerd is een netwerk van tien nieuwe samengevoegde meldkamers, aangesloten op één landelijk ict-netwerk, zo stelt het ministerie. Overnemen Afgelopen juni werd deze operatie afgerond met de ingebruikname van Meldkamer Midden Nederland. Bij grote drukte of piekbelasting kunnen meldkamers meldingen automatisch van elkaar overnemen. De organisatie Landelijke Meldkamer Samenwerking beheert voortaan alle gemeenschappelijke meldkamers en voorzieningen. Maar de technische infrastructuur kan zeker nog verder worden verbeterd, zo blijkt uit de informatie die het ministerie aan de Tweede Kamer heeft verstrekt. Ook de governance van het meldkamerdomein is nog een punt van zorg. Nieuwe aanbesteding Overigens lopen de contracten van C2000 in 2027 af. Bij vernieuwing daarvan zet het ministerie in op één hoofdleverancier (naast de drie leveranciers van de huidige onderdelen van C2000). Die wordt als systeemintegrator verantwoordelijk voor een goede samenwerking van de verschillende onderdelen van C2000 en hun leveranciers. In plaats van een beheerorganisatie wordt deze hoofdleverancier verantwoordelijk. Bij het sluiten van nieuwe C2000-contracten gaat het belang van kwaliteit en robuustheid zwaarder wegen. Het kostenplaatje is niet meer allesbepalend. Het ministerie omarmde hiermee het advies van het consultancybureau Andersson, Elffers en Felix (AEF) dat het programma Implementatie Vernieuwing C2000 (IVC) heeft geëvalueerd. Het aanstellen van één hoofdleverancier zorgt ook voor een integrale samenwerkingsstructuur, waarbij het aantal contracten wordt teruggebracht van elf naar vier. Boete Behalve de kwaliteit en de robuustheid van het netwerk staat de politie voor de taak agenten beter te trainen in de veilige omgang met randapparatuur zoals portofoons. Ook het beheer ervan is de verantwoordelijkheid van de werkgever. De Nederlandse Arbeidsinspectie (NLA) stelde vast dat de agenten nog steeds niet goed weten wat ze bij uitval van C2000 moeten doen. In september 2023 had de NLA al gewaarschuwd dat de korpschefs te weinig op dit punt deden. De problemen met C2000 moesten uiterlijk juni 2024 zijn opgelost. De politie kreeg nog twee keer uitstel. Eind oktober jongstleden raakte het geduld van de NLA op. Uit inspecties bleek dat nog steeds niet aan de eisen werd voldaan. Bij storingen konden ernstige problemen ontstaan. Twee weken geleden kondigde de NLA een eerste boete van 325.000 euro aan die iedere twee maanden wordt verhoogd tot een maximum van 975.000 euro. Al met al valt te hopen dat de nieuwjaarsnacht straks rustiger verloopt en C2000 niet overbelast raakt. Technisch lijkt een en ander te zijn verbeterd. Tijdens de Navo-top functioneerde alles goed. Maar toen waren er geen grote incidenten.
Belgisch politiesysteem gesneefd
8 uur
De Belgische politie heeft definitief een streep getrokken door I-Police, het ambitieuze digitale transformatieproject dat tachtig verschillende toepassingen en databanken in één centraal informatieplatform moest integreren. Na een budget van 299 miljoen euro en jaren vertraging heeft de politietop besloten het project te begraven en over te schakelen naar een gefaseerde, pragmatische aanpak. De beslissing, aangehaald in De Standaard, komt na maanden van interne discussies en markeert het eindpunt van een project dat sinds de gunning aan het consortium rond Sopra Steria eind 2021 nauwelijks vooruitgang boekte.Ondanks eerdere tussentijdse interventies waarbij onder meer de projectleiding werd vervangen, bleef het project in het slop zitten. Van het totale budget van 299 miljoen euro werd tot nu toe al 75,8 miljoen euro uitbetaald aan Sopra Steria. Technische complexiteit onderschat De problemen waren al eerder zichtbaar. In 2023 waarschuwde consultant Deloitte na een audit voor een fiasco en constateerde een gebrek aan centrale sturing. De technische uitdagingen bleken bovendien groter dan verwacht. De politie werkte niet alleen met tachtig officiële applicaties en databanken, maar beschikte ook over naar schatting 1.500 schaduw-databanken. Het gebrek aan overleg met lokale politiekorpsen, die elk hun eigen werkprocessen en systemen hadden, maakte de integratie nog complexer. De poging om dit heterogene it-landschap in één keer te moderniseren bleek te ambitieus. Na een interventie in het voorjaar van 2024 werd het project opgeknipt in handzame brokken en gefaseerd uitgevoerd, waarbij voorrang werd gegeven aan de migratie van de Algemene Nationale Gegevensbank naar een moderne it-omgeving. Maar ook deze herziene aanpak bleek echter onvoldoende om het project te redden. Pragmatische wending De politietop kiest nu voor een radicaal andere benadering. In plaats van één groot centraal platform komen er meerdere kleinere moderniseringsprojecten die gefaseerd worden uitgerold. Het gaat dan om kleinschaligere projecten, die meer aansluiten bij de interne it-diensten van de politie.Deze pragmatische wending moet voorkomen dat opnieuw honderden miljoenen worden geïnvesteerd in een project dat vastloopt op organisatorische en technische complexiteit.
Ai blijft onderbenut in race naar net zero–tijd voor verandering
22 uur
BLOG – Artificiële intelligentie (ai) heeft de potentie om de transitie naar net zero te versnellen. Toch blijft de inzet van deze technologie in duurzaamheidsinspanningen vaak steken in pilots en kleinschalige projecten. De impact ontstaat pas als ai wordt geïntegreerd in systemen en kernactiviteiten – daar valt nog een oceaan te winnen. Dit is vooral zichtbaar in de maritieme industrie. Oceanen zijn onmisbaar voor het klimaat en de wereldeconomie, maar staan onder druk door vervuiling, verlies van biodiversiteit en toenemende industriële activiteiten. Ai biedt hier uitkomst: van het monitoren van waterkwaliteit en het volgen van biodiversiteit tot het ontwerpen van slimmere, natuurvriendelijke infrastructuur. Hoewel deze toepassingen nu al worden ingezet, blijft grootschalige adoptie achter. Wat houdt de doorbraak tegen? Net zeroNet zero betekent dat de totale uitstoot van broeikasgassen door menselijke activiteiten in balans wordt gebracht met de hoeveelheid die uit de atmosfeer wordt verwijderd, waardoor er netto geen extra broeikasgassen worden toegevoegd, met als doel de opwarming van de aarde te beperken tot anderhalve graad Celsius. Een van de grootste uitdagingen ligt in de data. Ai-systemen zijn afhankelijk van hoogwaardige data, maar in veel kust- en mariene gebieden zijn die data versnipperd, onvolledig of moeilijk te verkrijgen. Neem rivierdata als voorbeeld: deze data zijn nuttig voor inzicht in overstromingsrisico’s, vervuiling en waterkwaliteit. In veel regio’s ontbreken deze gegevens, zeker in afgelegen gebieden. Traditionele monitoring is kostbaar en hebben beperkt bereik. Nieuwe ai-oplossingen pakken deze gebreken aan. Zo ontwikkelde Cognizant een opensource deep learning model, dat dagelijkse rivierstromen voorspelt op basis van historische weerdata en kenmerken van het stroomgebied – zonder fysieke sensoren. Het model is getraind op decennia aan open datasets van honderden stroomgebieden in het Verenigd Koninkrijk en levert zelfs van afgelegen of voorheen niet-gemonitorde gebieden snel inzichten. Dit maakt grootschalige, betaalbare milieu-beoordelingen mogelijk voor waterbeheer, overstromingspreventie en ecosysteemgezondheid. Dezelfde principes gelden voor kust- en mariene gebieden. Door milieu-data te behandelen als kritieke infrastructuur – met gedeelde standaarden, open modellen en interoperabele platforms – wordt ai meer schaalbaar. Fair-dataprincipes (findable, accessible, interoperable, reusable) is een goed uitgangspunt, maar brede afstemming in de sector is nodig voor grootschalige toepassing. Algenbloei Ai wordt al op verschillende gebieden in de maritieme sector toegepast: van het detecteren van schadelijke algenbloei tot het voorspellen van de impact van infrastructuur op ecosystemen. Deep learning-systemen voorspellen de waterkwaliteit en traceren vervuiling tot aan de bron. En helpt generatieve ai bij het ontwerpen van natuurvriendelijke maritieme constructies. Op deze manier maken bijvoorbeeld de Sentinel-satellieten van de Europese Ruimtevaartorganisatie (ESA) in combinatie met ai het mogelijk cyanobacteriën en zee-afval op grote schaal in kaart te brengen, waardoor monitoring van de waterkwaliteit langs de kust mogelijk wordt. Toch blijven deze toepassingen vaak geïsoleerd. Zolang inzichten beperkt blijven tot losse projecten of afdelingen, gaat veel potentie verloren. Om de volledige waarde van ai te benutten, is samenwerking nodig. Dezelfde modellen die worden gebruikt om kustwateren te monitoren, zijn bijvoorbeeld ook in te zetten voor havenactiviteiten, infrastructuurplanning en natuurbeschermingsmaatregelen. Dat vraagt om investeringen in gedeelde infrastructuur en nauwe samenwerking tussen overheid, bedrijfsleven en milieuexperts. De technologie is er, nu de sector nog. Duurzaamheid Beleidskaders spelen een grote rol bij de inzet van ai voor duurzaamheid in sectoren. Veel overheden hebben ambitieuze duurzaamheidsdoelen, maar concrete ondersteuning bij de implementatie blijft vaak uit. Zonder duidelijke standaarden of richtlijnen aarzelen organisaties om ai op grote schaal toe te passen. Wat nodig is zijn praktische afspraken. Denk aan regelgeving voor milieugerichte ai-tools, duidelijke datanormen en beloningen die samenwerking tussen sectoren aanmoedigen. In de maritieme sector kan beleid dat het hergebruik van bestaande middelen stimuleert, zoals oude, ongebruikte energieplatforms, helpen om economische en duurzame doelen samen te laten komen. Zo wordt ai nu al ingezet om te beoordelen of olie- en gasplatforms geschikt zijn voor een tweede leven als windpark, CO2-opslag of viskwekerij. In plaats van sloop kunnen digitale tweelingen en voorspellende modellen helpen om verouderde activa om veilig en duurzaam te herbestemmen. Met duidelijkere kaders en strategische financiering kunnen succesvolle pilots doorgroeien naar blijvende, lange termijn oplossingen. Niet volwassen Sommige deskundigen stellen dat milieu-ai nog niet volwassen genoeg is, en dat er meer data, consensus en betere tools nodig zijn. Maar veel oplossingen zijn al beschikbaar, betaalbaar en schaalbaar. Wachten brengt risico’s met zich mee, zeker nu mariene ecosystemen steeds meer onder druk staan. Ai is zeer geschikt voor adaptief leren. Door systemen nu al in te zetten ondanks dat ze nog niet perfect zijn, kunnen ze zich in de praktijk verder ontwikkelen. Hoe meer data, hoe beter en nauwkeuriger de uitkomsten. Het behalen van milieudoelen en het waarborgen van de oceaan vraagt om tijdige, datagedreven en voorspellende besluitvorming. ai kan daarbij helpen – mits het als strategische prioriteit wordt gezien en niet als een experiment. De noodzaak om actie te ondernemen is duidelijk. Nu is het tijd om op te schalen én te versnellen. Stig Martin Fiska, global head, Cognizant Ocean
Atos trekt zich terug uit Zuid-Amerika
1 dag
Atos is er in de laatste week van het jaar in geslaagd zijn bedrijven in Zuid-Amerika van de hand te doen. De it-dienstverlener die vroege tekenen van herstel toont, heeft een verkoopovereenkomst met Semantix bereikt. Ongeveer 2.800 medewerkers in Brazilië, Argentinië, Chili, Colombia, Uruguay en Peru gaan naar dit Braziliaanse bedrijf. Semantix wordt daardoor een van de grootste spelers in Zuid-Amerika op gebied van ai en data. De transactie past in de operatie Genesis die Atos weer winstgevend moet maken na jaren van zware verliezen. Het Franse concern richt zich voortaan op een kleiner geografisch gebied en minder diversificatie. Eerder deze maand werd al de verkoop aangekondigd van het Finse Ideal GRP, een systeemintegrator en partner van Siemens, aan de MAIT Groep.  Het afstoten van niet-strategische belangen maakt deel uit van het plan dat Atos er weer bovenop moet helpen. In 2024 ging het eens zo machtige Franse techbedrijf bijna kopje onder. Sindsdien is de schuldenlast die als een molensteen op Atos drukte, met 2,1 miljard euro verminderd. De banken, obligatiehouders en aandeelhouders moesten daarbij een enorme veer laten.Afgelopen zomer kreeg de herstructurering verder zijn beslag. Er werd afscheid genomen van contracten met een lage marge of niet-strategisch karakter. De financiële resultaten over het derde kwartaal van dit jaar lieten zien dat de kosten onder controle zijn gekomen. De uitstroom uit de kas bleef beperkt tot 38 miljoen euro. De omzet over het derde kwartaal daalde met 10,5 procent (organisch) tot 1.977 miljoen euro. Voor het fiscale jaar 2026 wordt gestreefd naar een hervatting van de organische groei en een positieve kasstroom.
Browsers in iot-apparaten jaren achter met updates
1 dag
Ingebouwde webbrowsers in tablets, smart tv’s, spelconsoles en auto’s vormen een ernstig veiligheidsrisico. Dat blijkt uit onderzoek van de KU Leuven. De browsers draaien vaak op sterk verouderde software en krijgen zelden of nooit beveiligingsupdates, waardoor gebruikers kwetsbaar zijn voor digitale aanvallen. Het DistriNet-onderzoeksteam van KU Leuven, onder leiding van professor Lieven Desmet, ontwikkelde een test om de browserversies in verschillende apparaten te controleren. In een eerste fase werden 53 producten onderzocht, van e-readers en tablets tot infotainmentsystemen in auto’s. De bevindingen zijn alarmerend. In veel gevallen bleek de ingebouwde browser bij levering al gebaseerd op een verouderde versie, met achterstanden tot meer dan drie jaar. Waar browsers op computers en smartphones minstens maandelijks automatisch worden bijgewerkt, gebeurt dat bij embedded browsers vaak helemaal niet. ‘Het grote probleem is niet dat deze browsers slechte beveiliging hebben. Het probleem is dat ze geen updates ondergaan. Net dat onderhoud is nodig om gebruikers te beschermen tegen nieuwe risico’s en beveiligingslekken’, oppert professor Desmet. Fabrikanten misleiden consumenten Het onderzoek wijst ook op een gebrek aan transparantie. Consumenten kunnen vaak moeilijk of helemaal niet nagaan of hun toestel beveiligingsupdates krijgt. Sommige fabrikanten die gratis beveiligingsupdates adverteren, voorzien die blijkbaar niet voor de ingebouwde browser. De onderzoekers toonden aan dat de verouderde browsers daadwerkelijk kwetsbaar zijn. ‘We slaagden erin door de beveiliging te breken en konden veiligheidsproblemen aantonen voor elk van deze browsers’, aldus computerwetenschapper Gertjan Franken, die bij het onderzoek betrokken was. EU-wetgeving moet verbetering brengen De onderzoekers roepen fabrikanten op om structurele updates en transparantie prioriteit te geven. De EU Cyber Resilience Act, die vanaf december 2027 verplicht tot goede cybersecurity tijdens de hele levenscyclus van digitale producten, moet hierbij helpen. Het onderzoek toont echter aan dat heel wat fabrikanten nog ver van die norm verwijderd zijn. Voor consumenten is er momenteel weinig aan te doen. ‘De fabrikant voorziet vaak geen software-updates die ook de ingebouwde browser updaten. Er zijn dus vaak gewoonweg geen browser-updates beschikbaar’, zegt Franken. Het onderzoeksteam zet de studie voort en nodigt consumenten uit om hun eigen toestellen te testen via een online tool.
Kort: Miljoenenorder Alliander voor TCS, IBM en IFS, investering in dronehardware-expert Vydar (en meer)
1 dag
Alliander haalt it-partners voor eam en fsm binnen, groeigeld voor ai-hardwareproducent Vydar, Odin Groep n CarWise winkelen in Duitland en Red Hat koopt Chatterbox Labs. Dit zijn de onderwerpen in dit nieuwsoverzicht. Alliander sluit miljoenencontract met TCS, IBM en IFS voor assetmanagement Alliander werkt samen met Tata Consultancy Services (TCS), IBM en IFS om zijn asset- en fieldservicemanagement te moderniseren. Het project omvat de implementatie van IBM Maximo voor enterprise asset management (eam) en asset performance management (APM), aangevuld met een field service management (fsm)-oplossing van IFS. De samenwerking maakt deel uit van het ‘Fit 4 Future’-programma van het energienetwerkconcern, dat gericht is op het optimaliseren van onderhoud, het verminderen van ongeplande downtime en het verbeteren van operationele processen. TCS coördineert de implementatie en integratie van de systemen in het it-landschap van Alliander, inclusief de training voor circa tweeduizend gebruikers. De combinatie werd gekozen na een aanbesteding; het langjarige contract heeft een geschatte waarde van vijftig miljoen euro. Tenzing Alpha investeert in ai-hardwareproducent Vydar Investeerder Tenzing Alpha steekt geld in Vydar, een Delftse startup verbonden aan Yes! Delft, een technologie-incubator en startup-ecosysteem verbonden aan de TU Delft. Het bedrijf ontwikkelt compacte ai-modules voor navigatie zonder GPS, bedoeld voor drones en andere autonome systemen. Deze technologie is relevant in situaties waar GNSS-signalen worden verstoord, zoals in conflictgebieden. Zo wordt in de Oekraïne het GPS signaal vaak gejammed om het navigeren voor drones onmogelijk te maken. Met deze technologie kunnen producenten van drones en andere autonome systemen hun prestaties verbeteren en hun afhankelijkheid van niet-Europese leveranciers verkleinen. De investering moet opschaling en commercialisering in Europa mogelijk maken. De toepassingen variëren van civiele inspectiedrones tot defensiesystemen voor interceptie en dreigingsdetectie. Odin Groep neemt Heymanns IT-Solutions over Odin Groep heeft Heymanns IT-Solutions gekocht om zijn positie in de Duitse markt voor zijn onderdeel Previder te versterken. De acquisitie volgt op de eerdere overname van Log in Consultants in Duitsland en maakt deel uit van de internationale groeistrategie van Odin Groep. Heymanns levert diensten op het gebied van cloud, it-beveiliging en managed services en blijft opereren vanuit locaties in Willich, Berlijn, München en Riga. Met deze stap breidt dochterbedrijf Previder zijn portfolio uit voor organisaties die behoefte hebben aan voorspelbare it-diensten en lokale expertise in de Duitse mkb-markt. CarWise neemt Carano over voor uitbreiding in Duitsland CarWise, leverancier van erp-oplossingen voor de automotive leasing- en verhuurbranche, heeft Carano ingelijfd. Dit Duitse bedrijf biedt software voor leasing- en fleetmanagement en bedient meer dan 170 klanten met circa tweehonderdduizend voertuigen. De overname van het in 1992 opgerichte Carano geeft CarWise directe toegang tot de Duitse markt en voegt een team van bijna zeventig medewerkers toe aan zijn personeelsbestand. Beide bedrijven blijven hun oplossingen aanbieden, met mogelijkheden voor integratie en cross-sell. CarWise uit Almere (gestart in 1989) is actief in negen Europese landen en wordt sinds 2024 ondersteund door Main Capital Partners. Het wil met een buy-and-buildstrategie een gecombineerd platform voor automatisering van processen in de Europese fleet- en leasingsector opbouwen. Red Hat neemt Chatterbox Labs over voor ai-beveiliging Red Hat heeft het Britse Chatterbox Labs overgenomen om zijn ai-portfolio uit te breiden met beveiligings- en guardrailtechnologie. Het in 2011 opgerichte Chatterbox Labs levert model-agnostische tests en risicometrics voor generatieve en voorspellende ai. De technologie wordt geïntegreerd in Red Hat AI om organisaties te ondersteunen bij het veilig operationaliseren van ai-workloads in hybride cloudomgevingen. De overname volgt op recente innovaties zoals Red Hat AI 3 en de AI Inference Server. Met deze stap willen Red Hat en moedermaatschappij IBM klanten een open source-platform bieden dat ai-modellen op schaal betrouwbaar en controleerbaar maakt.
Lou Gerstner, redder van IBM, overleden
1 dag
Lou Gerstner, voorzitter en ceo van IBM van 1993 tot 2002, is afgelopen zaterdag overleden. Hij wist IBM in de jaren 90 van de ondergang te redden. Gerstner leidde een van de meest succesvolle reorganisaties in de tech-geschiedenis.  Gerstners beslissing om IBM niet op te splitsen, maar te transformeren naar een dienstengerichte onderneming bleek een schot in de roos. Hij ging daarmee in tegen de adviezen van zowat alle consultants. ‘Er werd serieus gedebatteerd over de vraag of IBM überhaupt nog wel moest blijven bestaan’, schrijft IBM-topman Arvind Krishna in een mail die zondag naar alle IBM’ers is verstuurd. ‘Lou kwam bij IBM op een moment dat de toekomst van het bedrijf werkelijk onzeker was. De sector veranderde snel en IBM’s business stond zwaar onder druk,’ schrijft Krishna.   ‘Zijn leiderschap in die periode heeft het bedrijf hervormd. Niet door achteruit te kijken, maar door zich onophoudelijk te richten op wat onze klanten in de toekomst nodig zouden hebben.’ Gerstner verlegde de focus van hardware naar diensten, toen het tijdperk van de mainframes voorbij was. IBM werd bij zijn aantreden beschouwd als een dinosaurus, een bureaucratie van vierhonderdduizend mensen die onvoldoende kon profiteren van de pc-revolutie.  Klantgerichtheid Gerstner, die van buiten het bedrijf kwam en laatstelijk bij een koekjesfabrikant werkte, veranderde ook de cultuur naar klantgerichtheid. Hij sneed in de kosten. Het grijze-pakken legioen uit Armonk kreeg ook een diepgaande herstructurering voor de kiezen.  Hij maakte naam als een rechtdoorzee, no-nonsense figuur die een hekel had aan hoogdravend gebrabbel. Zo verafschuwde hij het te pas en te onpas gebruiken van het woord cyberspace, zo schreef Computable in 1999. IBM-topman Krishna zegt daarover: ‘Al vroeg in zijn carrière onderbrak hij een lange interne presentatie en zei simpelweg: laten we gewoon praten. De boodschap was duidelijk: minder naar binnen gericht, meer echte discussie en veel meer aandacht voor de klant. Die mentaliteit zou zijn hele ambtstermijn kenmerken.’ Gerstner had heel snel door waar het bij IBM aan ontbrak. Krishna: ‘Lou geloofde dat een van de grootste problemen van IBM was dat we geoptimaliseerd waren rond onze eigen processen, discussies en structuren in plaats van rond de resultaten voor de klant. Zoals hij later zei, was het bedrijf een fundamentele waarheid van zakendoen uit het oog verloren: de klant begrijpen en leveren wat de klant daadwerkelijk waardeert. Dat inzicht leidde tot echte verandering. Vergaderingen werden directer. Beslissingen werden meer gebaseerd op feiten en de impact op de klant dan op hiërarchie of traditie. Innovatie was belangrijk als het kon worden omgezet in iets waar klanten op zouden kunnen vertrouwen.’ Krishna roemt ook zijn beslissing om IBM als één geheel te behouden. ‘Destijds was het bedrijf georganiseerd in vele afzonderlijke bedrijfsonderdelen, die elk hun eigen koers volgden. Lou begreep dat klanten geen gefragmenteerde technologie wilden, maar geïntegreerde oplossingen.’  Case study Hij begreep ook dat strategie alleen niet genoeg zou zijn. Krishna: ‘Hij geloofde dat blijvende verandering een cultuurverandering vereiste – een verandering in hoe mensen zich gedragen als niemand kijkt. Wat er echt toe deed, was wat IBM’ers belangrijk vonden, hoe eerlijk ze de realiteit onder ogen zagen en hoe bereid ze waren zichzelf en elkaar uit te dagen. In plaats van de aloude waarden van IBM overboord te gooien, spoorde hij het bedrijf aan om ze te vernieuwen en aan te passen aan de eisen van een heel ander tijdperk.’  Zijn leiderschap wordt nog steeds gebruikt als business‑school-case-study. Hij schreef in 2002 het boek ‘Who Says Elephants Can’t Dance?’. Zijn opvolgers nemen zijn lessen nog steeds ter harte. Ook de huidige ceo, Arvind Krishna, laat IBM dansen. De overname van opensource-softwaregigant Red Hat is daar een voorbeeld van. Gerstners geest waart 32 jaar na zijn aantreden nog steeds in het bedrijf rond. 
VS zet Thierry Breton op zwarte lijst om techwetgeving EU
5 dagen
De Amerikaanse regering heeft voormalige Europees commissaris Thierry Breton een visum- en inreisverbod opgelegd. In totaal zijn vijf Europese kopstukken, waaronder Breton, getroffen door deze sanctie, die door de VS wordt gezien als een reactie op eerdere hun rol in het reguleren van Amerikaanse techbedrijven. Volgens het Amerikaanse ministerie van Buitenlandse Zaken zouden Breton en anderen ‘georganiseerde pogingen’ hebben geleid om Amerikaanse platforms te dwingen ‘Amerikaanse standpunten te censureren en te onderdrukken.’ Breton wordt door de VS omschreven als het mastermind achter de Europese Digital Services Act (DSA), die platforms als Google, Meta en X dwingt harder op te treden tegen haatzaaien, desinformatie en schadelijke content. Breton reageerde scherp op de maatregel. Op X bestempelde hij het als een ‘McCarthyaanse heksenjacht’ en wees hij rop dat de DSA wordt ondersteund door 90 procent van het Europees Parlement en alle 27 EU-lidstaten. Ook de Europese Commissie veroordeelde de VS hard. De EU heeft om opheldering gevraagd. “Onze digitale regels garanderen een veilig, eerlijk en gelijk speelveld voor alle bedrijven, en worden eerlijk en zonder discriminatie toegepast. Als het nodig is, zullen wij snel en resoluut reageren om onze regelgevende autonomie te verdedigen’, staat in een verklaring van de Commissie. De spanningen tussen Washington en Brussel lopen op. Amerikaanse functionarissen waarschuwden dat soortgelijke sancties kunnen volgen voor anderen als EU-regels niet worden heroverwogen. Nieuwe roman? Oud-Eurocommissaris Breton (Interne Markt) gold als een zwaargewicht (met groot ego) binnen de Europese Commissie maar zag in september 2024 af van een tweede termijn na politieke steekspelletjes van voorzitter Ursula von der Leyen. Een zijn stokpaardjes was het versterken van de Europese innovatie. Net als de regulering van de digitale wereld om de afhankelijkheid van Amerikaanse en Chinese technologie te verminderen. Breton bekleedde voor zijn commissariaat topfuncties bij Atos, France Telecom, Thomson en Bull. Breton toonde altijd belangstelling voor technologie. De kleurrijke Fransman heeft diverse publicaties op het gebied van it en economie op zijn naam staan. En zelfs een roman: in 1984 verbeeldde hij het gevaar van computervirussen tegen een achtergrond van geopolitieke spanningen in ‘Softwar’, een sciencefictionverhaal dat hij samen met de Franse auteur Denis Beneich schreef. In Nederland verscheen het boek bij Elsevier onder de aanmoediging ‘De eerste roman over een mondiale computeroorlog’. Wellicht zit er nu een tweede geopolitike techroman in: de Amerikaanse wraakactie leent zich er goed voor. Lees ook: Thierry Breton: voorvechter van een sterke digitale markt in Europa
Federatieve cloud is minder ver weg dan je denkt
5 dagen
BLOG – Bedrijven en overheden zijn het erover eens: het moet makkelijker zijn om van clouddienstverlener te wisselen en zo de afhankelijkheid van een handjevol grote spelers te verkleinen. De afgelopen jaren zijn er op Europees niveau grote stappen gezet om hiervoor de basis te leggen.Een federatief cloud-ecosysteem is een cloudinfrastructuur waarin onafhankelijke organisaties samenwerken door hun cloudbronnen en -diensten te delen binnen een gedeeld kader. In zo’n ecosysteem wisselt de gebruiker eenvoudig tussen clouddienstverleners. Je gebruikt bijvoorbeeld Amazon Web Services voor de hosting van databases, maar ook een Europees platform voor interne bedrijfstoepassingen.Waarom is die keuzevrijheid belangrijk? Voor veel organisaties is het van strategisch belang om te kunnen kiezen waar hun data worden opgeslagen en verwerkt. Verschillende wetgevingen, compliance-eisen en technologische voorkeuren vragen om een flexibele infrastructuur. Daarnaast lopen organisaties het risico op een vendor lock-in, waarbij overstappen naar een andere aanbieder complex of kostbaar kan zijn. Meer keuzevrijheid geeft organisaties meer grip op hun data en beperkt de afhankelijkheid van één aanbieder.Bovendien draagt een divers aanbod aan clouddiensten bij aan een gezond en innovatief ecosysteem. Door interoperabiliteit te stimuleren, ontstaat er een eerlijker speelveld voor zowel kleine als grote clouddienstverleners, binnen én buiten Europa.SpeelveldDeze ontwikkelingen benadrukken de behoefte aan een gelijkwaardiger speelveld, waarbij kleinere, Europese dienstverleners meer ruimte krijgen om te concurreren met de gevestigde orde. Er wordt weleens gesproken over ‘een Europese cloud’. Ik spreek liever van een federatief cloud-ecosysteem, omdat het geen doel moet zijn om volledig af te stappen van Microsoft, Google en Amazon; iets wat bovendien onhaalbaar is. In een federatief cloud-ecosysteem concurreren de hyperscalers op gelijkwaardig niveau met de vaak kleinere Europese spelers.TalenMomenteel werken veel cloudproviders en applicatieontwikkelaars nog met verschillende talen en standaarden. Om een federatief cloud-ecosysteem te realiseren, moeten alle lagen van de infrastructuur op elkaar aansluiten: van de fysieke infrastructuur tot de diensten (iaas, paas, saas) en governance.Hiervoor is Europese samenwerking nodig. De afgelopen jaren zijn er diverse initiatieven ontstaan die op verschillende niveaus hieraan bijdragen. In onderstaande figuur is te zien hoe deze initiatieven zich tot elkaar verhouden.Figuur 1: Diverse Europese projecten die op verschillende niveaus bijdragen aan de ontwikkeling van een federatief cloud-ecosysteem (bron: TNO).De Europese Commissie heeft via het programma IPCEI CIS subsidie beschikbaar gesteld voor organisaties die een bijdrage willen leveren aan een cloud-ecosysteem (zie ook figuur 1). Een van de zelfstandige projecten binnen IPCEI CIS is Ecofed (European Cloud Services in an Open Federated Ecosystem), dat in 2024 van start ging en loopt tot 2027.Ecofed richt zich op de technische basis voor een cloud-ecosysteem, de referentiestructuur. Deze architectuur bepaalt hoe verschillende partijen binnen het ecosysteem met elkaar samenwerken en welke standaarden en protocollen worden gehanteerd.Api-definitieIn 2024 heeft Ecofed gestandaardiseerde api-definitie geïntroduceerd die fungeert als een gemeenschappelijke taal tussen cloudproviders en applicatiebouwers. Hierdoor kunnen verschillende systemen en applicaties met elkaar samenwerken.Daarnaast wordt er gewerkt aan een orkestratielaag, die je ook kunt zien als de spreekwoordelijke dirigent in het cloud-ecosysteem. Deze laag maakt het mogelijk om verschillende applicaties automatisch te deployen in én te verplaatsen naar verschillende cloudomgevingen. De orkestratielaag krijgt de vorm van een opensource-oplossing. In deze oplossing is het mogelijk een applicatie automatisch over meerdere cloudproviders uit te rollen of juist te migreren van de ene naar de andere dienstverlener.Tot slot werkt Ecofed aan een formele beschrijvingstaal voor de applicaties binnen dit ecosysteem. Dit maakt het mogelijk applicaties op een uniforme manier te definiëren en te configureren. Dit kun je vergelijken met de manier waarop muzikanten in een orkest hun partijen afstemmen om samen een harmonieus geheel te vormen.VerwachtingDe verwachting is dat gebruikers binnen enkele jaren gebruik kunnen maken van dit federatieve cloud-ecosysteem. Hoe meer cloudaanbieders en gebruikers zich in de loop der jaren aansluiten, hoe sneller deze ontwikkelingen gaan. Ook wetgeving speelt daarbij een rol. Nieuwe en aangescherpte wetgeving – zoals de Cyber Resilience Act en NIS2 – stellen strengere eisen aan de digitale weerbaarheid van organisaties. Dit kan organisaties stimuleren om bewuster om te gaan met risico’s, leverancierskeuzes en databeheer, waardoor de vraag toeneemt naar oplossingen die meer flexibiliteit en controle bieden.Ingrijpende keuzeOverheden en bedrijven staan voor de uitdaging om ingrijpende keuzes te maken over cloudinvesteringen voor de toekomst. Keuzes met impact op de veiligheid van gegevens, de wendbaarheid van organisaties en de digitale autonomie van Europa. Overheden kunnen hier een voortrekkersrol aannemen. Niet alleen door Europese initiatieven te financieren, maar ook door zelf als een van de eerste gebruikers van dit ecosysteem toe te treden.Bas Meerman, managing director, Info Support Nederland
Spoelstra Spreekt: Bubbels
6 dagen
COLUMN – Het jaar loopt weer ten einde. We gaan er een strik om doen. Het is mooi geweest met 2025. We gaan met frisse moed beginnen aan 2026. Wat 2026 ons gaat brengen? Goeie vraag. Krijgen we een minderheidskabinet of een instabiel naar rechts leunend kabinet? Worden we wereldkampioen voetbal? En natuurlijk de belangrijkste vraag: houdt de relatie van André Hazes Jr. stand? Op dit laatste zou ik in ieder geval niet al je geld zetten. Maar uiteraard vragen we ons ook allemaal af: wordt de ai-bubbel in 2026 nu eindelijk eens doorgeprikt? Ik sprak laatst met een aantal mbo-studenten. Zij zeiden dat school steeds makkelijker werd want ChatGPT maakte al hun huiswerk. Waarop ik zei: als ai nu je huiswerk doet, dan doet ai straks ook je werk. Weet je, vroeg ik, welk werk ai niet kan? Vakkenvullen bij de Albert Heijn. Misschien dat jullie dat later ook kunnen doen. Ze keken me allemaal schaapachtig aan en gingen vervolgens verder op hun mobiel. ‘We vroegen ons eind 1999 ook af, wanneer wordt deze doorgeprikt’ Het is natuurlijk aan de ene kant de angst die we hebben en aan de andere kant de hoop die we hebben met ai. Eind vorige eeuw had je een enorme internetbubbel. We vroegen ons eind 1999 ook af, wanneer wordt deze doorgeprikt. Dat gebeurde in het voorjaar van 2000. Dus daarna hebben we ook weinig meer vernomen van het internet. Niet zo serieus Dit is een grapje hè, ik zeg het er maar even bij. Mensen willen mij nogal eens serieus nemen. En laten we dat het komende jaar misschien iets minder gaan doen. Alles iets minder serieus nemen. Misschien dat er dan ook iets minder bubbels ontstaan. Ik wens jullie fijne feestdagen en vele mooi momenten in 2026. Zelf gemaakt of door ai-gegenereerd. Dat mag je zelf beslissen. Jacob Spoelstra is columnist/stand-upcomedian. Kijk voor meer informatie op www.jacobspoelstra.nl.het
ServiceNow koopt cybersecbedrijf Armis voor 7,75 miljard dollar in grootste overname ooit
6 dagen
ServiceNow heeft een akkoord bereikt om het cybersecuritybedrijf Armis over te nemen voor 7,75 miljard dollar in cash. De deal, de grootste in de geschiedenis van de enterprise software-maker, onderstreept de strategische verschuiving van ServiceNow naar cybersecurity. De overname moet ServiceNow’s marktpotentieel voor security- en riskoplossingen meer dan verdrievoudigen en het bedrijf sneller richting autonome, proactieve cybersecurity brengen. De aandacht van ServiceNow voor security is niet nieuw, maar met deze deal schakelt het bedrijf een versnelling hoger. ServiceNow’s security- en riskbusiness overschreed in het derde kwartaal van 2025 al de grens van een miljard dollar aan jaarlijkse contractwaarde, maar met Armis versnelt het bedrijf zijn ambities aanzienlijk. Armis, opgericht in 2015 en gewaardeerd op 6,1 miljard dollar in een financieringsronde in november, specialiseert zich in cyber exposure management en cyber-fysieke security. Het bedrijf beheert cyberrisico’s over het volledige aanvalsoppervlak in it, operational technology (ot), medische apparaten en andere omgevingen voor bedrijven, overheden en kritieke infrastructuur wereldwijd. Hun platform wordt vaak ingeschakeld door grote organisaties, waaronder naar eigen zeggen meer dan 35 procent van de Fortune 100-bedrijven en zeven van de Fortune 10. Strategische security-focus Amit Zavery, president, chief operating officer en chief product officer bij ServiceNow, benadrukt de strategische visie: ‘ServiceNow bouwt het securityplatform van morgen. In het tijdperk van agentic ai zijn intelligent trust en governance -die elke cloud, elk asset, elk ai-systeem en elk apparaat omspannen – non-negotiable als bedrijven ai op lange termijn willen opschalen.’ De overname is de nieuwste in een reeks security-acquisities. In recente maanden kocht ServiceNow beveiligingsbedrijf Veza, ai-bedrijf Moveworks voor 2,85 miljard dollar en salesautomatiseringsplatform Logik.ai. Cfo Gina Mastantuono verklaarde intussen tegenover Reuters dat de security-stack met Armis intussen ‘zeer goed gepositioneerd’ is en dat het bedrijf geen verdere overnames in het securitydomein nodig heeft.
Bert Hubert: Stimulering doorbraaktechnologie moet echt nationaal
6 dagen
Het ministerie van Economische Zaken bleek recent voorstander van een Nationaal Agentschap voor Disruptieve Innovatie (Nadi), naar het voorbeeld van het Amerikaanse Darpa. Maar, waarschuwt Bert Hubert, publiek denker en technologie-commentator, zo’n agentschap moet in eerste instantie Nederlands blijven en niet meteen al bij de start in een Europees jasje worden gestoken. Want dan komt het om in de procedures. Hij vreest dat het dan dezelfde kant opgaat als het r&d-programma Horizon Europe. Hoewel dit uitgebreide programma geweldig onderzoek mogelijk maakt, is het voor de deelnemers ‘een totale hel’. Hubert spreekt uit ervaring want hij behoorde tot de expert reviewers voor een Galileo-project. In zijn blog zegt hij: ‘Het is werkelijk niet te doen. Als je innovatie anders uitpakt dan verwacht, maar nog steeds nuttig is, dan ben je je Horizon Europe-geld gewoon kwijt. Een ‘pivot’, zoals dat dan heet naar aanleiding van je ontdekking, is administratief onmogelijk.’ Formulieren-imperium Ook in Duitsland waar al zo’n agentschap bestaat, kon nog net op tijd worden voorkomen dat deze instelling uitmondde in een formulieren-imperium. Te veel bureaucratie zoals bij Horizon Europe leidt niet tot baanbrekende of disruptieve innovaties. En juist voor het realiseren van innovaties die de technologische status quo doorbreken, is te veel papierwerk een belemmering. Hubert denkt dat traditionele subsidiemodellen niet tot de doorbraken leiden die Nadi beoogt. Hij zegt: ‘Klassieke manieren om wetenschap en innovatie te stimuleren zijn erg ongeschikt voor disruptieve innovatie, ideeën die misschien helemaal niet gaan werken, maar als ze dat wel doen de wereld kunnen veranderen. En dat soort innovatie hebben we keihard nodig. De Duitse overheid heeft hiervoor een succesvol agentschap geschapen waar dit wel lukt, maar dat ging niet zonder slag of stoot.’ In het begin kozen de Duitsers voor een stroperige opzet, maar die verkeerde werkwijze werd bijtijds verlaten. Bureaucratisch bolwerk Volgens Hubert laat de Duitse ervaring zien dat je juist buiten de bestaande organisatievormen moet opereren. Doe je dat niet, dan verandert elke vooruitstrevende innovatiegroep vroeg of laat in een bureaucratisch bolwerk waar mensen vooral bezig zijn met het verantwoorden van innovatie-uren in meerjarige ‘work packages’. Huberts boodschap is vooral gericht op het ministerie van Economische Zaken dat het idee voor een soort Darpa stevig heeft omarmd. In het innovatie-actieplan behoort een Nationaal Agentschap voor Disruptieve Innovatie tot de negen actiepunten van dit departement. Ook het Deltaplan voor de ai-transitie pleit hiervoor evenals het rapport-Wennink. Europese club Topadviseur Wennink, voormalig topman van ASML, vindt dat dit Nadi doorbraaktechnologie van startkapitaal moet voorzien. Belangrijke voorwaarden zijn dat het fonds op veel grotere afstand van de politiek opereert, dat investeringen beter worden gecoördineerd binnen één overkoepelende strategie, en dat de snelheid van uitvoering beter wordt verankerd. Zo’n agentschap moet een autonome publieke organisatie worden met een meerjarig budget van 1,5 tot twee miljard euro en een heldere missie. Hubert zegt dat dit agentschap op termijn best wel in een Europese club valt onder te brengen. Maar doe dit pas als het plantje in een eenvoudigere omgeving tot wasdom is gekomen, zo besluit hij.
Computable Kerstpuzzel 2025 ‘Van A tot Z’
6 dagen
2025 was het jaar van de digitale soevereiniteit. Het leidde tot veel discussie, niet alleen in de ict-sector maar ook daarbuiten. In politiek Den Haag en in EU-kringen werd er eveneens volop over gediscussieerd. Computable publiceerde er een themanummer over met ook praktische tips over hoe je over kunt stappen van Amerikaanse hyperscalers naar Europese alternatieven. Al gebeurt dat nog slechts mondjesmaat. Maar wie weet wordt 2026 het jaar van de migraties! Er gebeurde gelukkig nog wel meer in de ict-wereld. Ai was natuurlijk dominant aanwezig, waarbij de industrie al roept dat de volgende stap – agi (artificial general intelligence) – steeds realistischer wordt. Het idee dat ai de menselijke cognitieve vaardigheden kan evenaren of overtreffen, zorgt voor torenhoge verwachtingen; de ai-goudkoorts stuwt de investeringen in (jonge) bedrijven tot grote hoogte. Hoe lang gaat dat nog goed? Verder kwamen er in 2025 weer de, helaas gebruikelijke, hacks en andere cybersecurity-narigheid voorbij, was er opnieuw allerlei quantum-nieuws, waren er volop overnames en werden de Computable-artikelen over het UWV het beste gelezen. En de roep om een aparte minister van Digitale Zaken viel weer herhaaldelijk te horen. Niet alleen in de aanloop naar de verkiezingen maar ook daarna, middels brieven aan informateurs en formateurs. We zullen zien of het nieuwe kabinet in 2026 zo’n nieuwe post krijgt. ‘Van A tot Z’ In de Computable Kerstpuzzel 2025 ‘Van A tot Z’ komt dit ict-jaar nog een keer langs in de vorm van cryptische omschrijvingen over bedrijven, instellingen, personen, zaken en ontwikkelingen die in het nieuws zijn geweest. Aan u, puzzelaar, de opdracht om dit alfabet te ontcijferen en bij alle 26 letters het juiste antwoord te vinden. De website van Computable biedt daarbij uitkomst. Stuur de oplossing via het online-invulformulier www.computable.nl/kerstpuzzel-2025 voor 12 januari 2026 naar de redactie. Deelnemers met het juiste antwoord maken kans op een mooie prijs. Veel plezier met puzzelen en succes!Klik hier voor een pdf van de Computable Kerstpuzzel 2025 ‘Van A tot Z’ Wat zit er in de prijzenpot? – Drie VVV-cadeaukaarten – Twee tickets voor The Art of Banksy. Voor het eerst komt de internationaal toonaangevende tentoonstelling The Art of Banksy naar Utrecht. Vanaf 2 april 2026 opent Koninklijke Jaarbeurs haar deuren voor deze unieke expositie met meer dan 150 originele en gecertificeerde werken van de wereldberoemde, maar anonieme street-artkunstenaar Banksy. – Een exemplaar van ‘Source Code – Mijn oorsprong’, beschikbaar gesteld door uitgeverij Querido. In dit boek blikt Microsoft-oprichter Bill Gates terug op zijn jeugd. De miljardair en filantroop weidt niet uit over Microsoft, de Gates Foundation of de toekomst van technologie, maar vertelt zijn persoonlijke, nog onbekende verhaal.
Nexperia-eigenaar Wingtech dreigt met schadeclaim van 8 miljard
6 dagen
Het lijkt vrijwel uitgesloten dat het conflict tussen Nederland en China over Nexperia dit jaar wordt opgelost. Ook binnen de chipmaker is er weinig zicht op vrede tussen de Europese bedrijven van de chipmaker en de vestigingen in China. De interne machtsstrijd duurt onverminderd voort. Van een verzoenende ‘kerstgedachte’ is geen sprake. Ruby Yang, de hoogste bestuurder van Wingtech, gooide begin deze week tijdens een interview met persbureau Bloomberg nog eens extra olie op het vuur. Als Nexperia’s Chinese meerderheidsaandeelhouder Wingtech niet snel de zeggenschap terug krijgt, dreigt een schadeclaim tegen Nederland die kan oplopen tot 8 miljard dollar. Yang wil internationale arbitrage als de Ondernemingskamer niet de geschorste Nexperia-topman Zhang Xuezheng (alias Wing, tevens Wingtech-eigenaar) weer in zijn functie van ceo bij Nexperia terugzet waardoor hij weer zeggenschap over de chipmaker krijgt. De Ondernemingskamer verweet Zhang roekeloos gedrag toen deze Chinees de ontmanteling inzette van de Europese bedrijven van Nexperia waaronder die in Nijmegen. China, waar Staat en rechtspraak nauwelijks van elkaar zijn gescheiden, ziet de schorsing als een politieke zet.  In hetzelfde Bloomberg-interview geeft Ruby Yang er ook weinig blijk van om tot een constructieve dialoog te willen komen. De spreekbuis van Wing zegt dat de drie managers van Nexperia Europa die de zaak tegen Wing bij de Ondernemingskamer aanhangig hadden gemaakt, ‘hun dominante positie als interim-management hebben misbruikt om hun eigen salarissen aanzienlijk te verhogen’. Nexperia Nijmegen ontkent deze insinuaties ten stelligste.  Chiptekorten Volgens Ruby Yang moet rekening worden gehouden met chiptekorten zolang het conflict onopgelost blijft. Vooral de Europese auto-industrie kan daar last van krijgen. Het geschil bedreigt de wereldwijde toeleveringsketen van Nexperia-chips.  Tussen Wingtech en de door de Ondernemingskamer aangestelde beheerders van de aandelen van Nexperia BV heeft inmiddels een eerste gesprek plaatsgevonden. Vervolggesprekken zijn noodzakelijk. Wingtech eist de controle over Nexperia en herstel van alle aandeelhoudersrechten.  De interne verhoudingen binnen Nexperia zijn er de laatste maanden bepaald niet beter op geworden. Nexperia Europa stopte de levering van wafers aan de fabriek in China, naar zijn zeggen omdat betalingen uitbleven. De Chinese vestiging stopte een tijd lang met het doorsturen van bewerkte halffabricaten naar Europa. Nog steeds is de leveringsketen weinig optimaal.  Beide partijen beschuldigen elkaar ervan een oplossing uit de weg te gaan. Het onderlinge vertrouwen blijft laag. 
T-Systems bouwt mee aan Europees alternatief voor ChatGPT
6 dagen
Europa en Duitsland in het bijzonder nemen hun ai-toekomst in eigen handen; met het Soofi-project (Sovereign Open Source Foundation Models) als een belangrijke mijlpaal op dit pad. Het moet Europa’s antwoord op ChatGPT worden. T-Systems en moederbedrijf Deutsche Telekom zijn ict-partners. Bij dit Europees alternatief (Soofi) voor ai-modellen uit de VS en China ligt de nadruk op Europese talen en industriële en publieke toepassingen. T-Systems bouwt mee aan een nieuw soeverein Europees taalmodel. De Duitse onderneming levert de infrastructuur voor dit grootschalige onderzoeksproject. Deze voorziening richt zich op de ontwikkeling van een opensource-llm (large language model) van circa honderd miljard parameters. T-Systems en Deutsche Telekom De volledige ontwikkeling, training en beheer liggen in Europese handen. Het model wordt getraind op de nieuwe Industrial AI Cloud van T-Systems, een onderdeel van een van de grootste ai-fabrieken van Europa. De infrastructuur voldoet aan hoge eisen op het gebied van databescherming, security en betrouwbaarheid. Moederconcern Deutsche Telekom gaat de complete technische infrastructuur voor het project leveren. T-Systems wordt operationeel verantwoordelijk voor de soevereine ai-computerinfrastructuur voor Soofi, inclusief datacenters, connectiviteit en cybersecurity. Basis leggen Dr. Ferri Abolhassan, ceo T-Systems International en bestuurslid Deutsche Telekom, zegt: ‘Met Soofi leggen we de basis voor de inzet van kunstmatige intelligentie op industrieel niveau, zonder de controle over data, modellen en processen te verliezen.’ Volgens de initiatiefnemers ontbrak het dusver aan een Europees groot taalmodel (llm) van voldoende omvang dat kan dienen als uitgangspunt voor branchespecifieke specialisaties, resource-efficiënte afgeleiden en streng gereguleerde toepassingen. Bovendien definieert Europa zijn eigen standaarden met de EU AI-wet en strenge regels voor gegevensbescherming, die niet altijd vanaf het begin in mondiale modellen worden opgenomen. Vooral in gevoelige sectoren zoals onderwijs, geneeskunde, bestuur en productie is ai nodig die de Europese waarden respecteert, transparantie biedt en ‘compliance by design’ mogelijk maakt. Opensource Soofi zal opensource zijn. Het model biedt gebruikers in de EU een gratis basis voor eigen ai-toepassingen. Het vervangt Teuken7B, een meertalig ai-model met zeven miljard parameters dat Fraunhofer in 2024 heeft getraind voor alle Europese talen. Bedrijven kunnen op Soofi voortbouwen om hun eigen domeinspecifieke taalmodellen te ontwikkelen – voor gereguleerde sectoren, gevoelige dataomgevingen of meertalige Europese markten. En dit alles zonder afhankelijk te zijn van niet-Europese basistechnologie. Het consortium omvat vooral Duitse onderzoeksinstellingen, startups en het KI Bundesverband. Alle EU-lidstaten en het hele Europese bedrijfsleven kunnen ervan gebruik maken.
Nieuwe datacenters in aanbouw in Amsterdam, Vijfhuizen en Oude Meer
6 dagen
Er verrijzen volgend jaar weer vier nieuwe datacenters: éen in Amsterdam (Westpoort) en drie in de gemeente Haarlemmermeer: Vijfhuizen en Oude Meer. Opmerkelijk omdat beide gemeentes liever geen nieuwe locaties willen hebben. De bouw van de tweede datacenters van EdgeConnex levert lokaal wel de nodige onrust op.   Westpoort Pure Data Centres Group (Pure DC), een Britse bouwer en exploitant van datacenters, gaat een nieuw, groot datacenter in het Westpoort-gebied in Amsterdam neerzetten. Bij de lancering is de campus al volledig verhuurd met stroom en vergunningen. Het bedrijf beweert één miljard euro in de ontwikkeling van deze hyperscaler te investeren. Met de aanduiding AMS01 komt de locatie van Pure DC te bestaan uit drie torens van 85 meter. Elk van de drie torens zal 26 MW aan datahallen huisvesten. De aankondiging van Pure DC staat haaks op het beleid van de gemeente Amsterdam om tot 2035 geen nieuwe datacenters meer toe te laten of uit te breiden. Uitgezonderd zijn projecten die een aanvraag hebben ingediend vóór 28 december 2023 of waarmee al verregaande gesprekken zijn. Dat zal opgaan voor het Pure DC-project want de plannen voor een datacentercampus aan de Donauweg 12 bestaan al enige tijd. In eerste instantie was het een project van de Caransa Groep, die eerder de Amsterdam Data Tower in Science Park in Watergraafsmeer ontwikkelde. Het kwam niet van de grond waarna het werd verkocht aan de investeerders Great Grey Investment en Tikehu Capital. Het complex (100.000 m2) kreeg de naam Silver Falcon mee, maar er ontstond discussie onder de aandeelhouders. Kortgeleden nam Pure DC de hele boel over. Het bedrijf verwacht in januari 2026 met de bouw van de datahallen te kunnen beginnen, bijna tien jaar na de eerst plannen. Vijfhuizen Het datacenter in Vijfhuizen is van de Australische vastgoedontwikkelaar Goodman Group. Dat bedrijf heeft al datacenters in Frankfurt, Tokyo, Hongkong en Sydney maar wil uitbreiden in Europa. Daarvoor sloot Goodman recent een Europees datacenterpact met de Canada Pension Plan Investment Board (CPP Investments). Er wordt 2,2 miljard euro gestoken in nieuwe datacenters in Frankfurt, Parijs (twee) en de regio Amsterdam (AMS01). Alle projecten beschikken over stroomaansluitingen, bouwvergunningen en vergevorderde infrastructuurwerkzaamheden, waardoor de bouw kan starten vóór 30 juni 2026, stellen de twee partijen in een persbericht. Die AMS01-locatie bevindt zich overigens niet in Amsterdam maar in Vijfhuizen aan de Hybrideweg en ligt pal aan de A9, bij het Rottepolderplein en de Ringvaart. Aan de overkant staat het reeds draaiende rekencentrum van Cyrus One. De datacenter-campus (51.000 m2) omvat straks twee gebouwen met aparte ingangen, een kantoor, een technische ruimte en een mechanische/energiezone. De twee datacentergebouwen bestaan elk uit twee verdiepingen met in totaal drie datahallen per verdieping. Elke hal heeft een it-capaciteit van 4 MW. Oude Meer Overigens wil Haarlemmermeer ook minder datacenters, maar de gemeente is daarbij minder uitgesproken dan Amsterdam (‘pas na 2030 een bouwstop en alleen datacenters in enkele gebieden die voldoen aan strenge voorwaarden op het gebied van innovatie, duurzaamheid en milieuvriendelijkheid.’) Over de plannen van de Goodman Group (ligt op een bedrijventerrein) was tot nu toe geen wanklank te horen, maar dat geldt niet voor de bouw van twee grote datacenters (AMS10 en AMS 13) van het Amerikaanse EdgeConneX. Bewoners van Aalsmeerderbrug en Oude Meer trokken recentelijk aan de bel bij de gemeente over deze volgens hen ‘geplande kolossen die letterlijk tegen de dorpskern aan worden gebouwd’, schijft de lokale webkrant HC Nieuws. Zij zouden lang aan het lijntje zijn gehouden. ‘Vier jaar lang kregen wij te horen dat het te druk was, dat vragen geen prioriteit hadden of dat gegevens ‘nog niet beschikbaar’ waren van de Omgevingsdienst Noordzeekanaalgebied. Voor mensen die op enkele meters van zo’n project wonen, voelt dat als een klap in het gezicht’, zei een vertegenwoordigster van de omwonenden tijdens een vragenuur in de gemeenteraad. Maar volgens B&W gaat de gemeente niet over de vergunningen en is de provincie Noord-Holland het bevoegd gezag. Wel werd namens de gemeenteraad aan de provincie gevraagd om de bouw stil te leggen. De provincie had eerder EdgeConneX een gedoogbeslissing verstrekt waardoor met delen van de bouw van AMS10 mocht worden gestart vóórdat de vergunning was afgegeven, aldus HC Nieuws. De provincie stelde op vragen van de lokale krant geen juridisch middel te zien om de werkzaamheden op te schorten. Ook zijn er tijdens de bouwfase geen klachten of handhavingsverzoeken binnengekomen bij de omgevingsdienst. ‘Om toch in te grijpen, zou de gedoogbeslissing moeten worden ingetrokken. Dat zou volgens de provincie vrijwel zeker leiden tot een juridische procedure met exploitant EdgeConneX’, schrijft de nieuwswebsite.’ De datacenterexploitant zei tegen HC Nieuws geschrokken te zijn van alle commotie en de verwijten van inwoners over gebrekkige communicatie en zelfs intimidatie. Algemeen directeur Dick Theunissen van EdgeConneX meldde dat er inmiddels gesprekken lopen met de omwonenden over hun zorgen en verwijten.
ASML voert Computable 100 aan
6 dagen
De top 3 van de Computable 100 is stationair ten opzichte van de vorige editie: ASML, Microsoft en Apple voeren de lijst aan. Het jaarlijkse Computable-onderzoek naar het imago van ict-bedrijven toont hoe de markt aankijkt tegen ict-bedrijven. Van oudsher domineren de wereldspelers de bovenste regionen, en ook het Nederlandse ASML behoort al jaren tot die categorie die verder vooral bestaat uit Amerikaanse bedrijven. De hoofdlijst is een totaalscore die is gebaseerd op zes verschillende onderdelen. Zo wordt uitgevraagd hoe bedrijven het als zakenpartner doen, hoe innovatief ze zijn, wie aantrekkelijke werkgevers zijn voor ict’ers en welke medewerkers over het hoogste kennisniveau beschikken. Daarnaast worden deze bedrijven beoordeeld op basis van duurzaamheid en financiële stabiliteit. ASML voert vijf deellijsten aan en moet alleen Microsoft als favoriete zakenpartner voor laten gaan. Dat ASML jaar na jaar zo hoog scoort is niet verwonderlijk. Het zeer winstgevende bedrijf behoort tot de absolute wereldtop in de semiconductor-industrie en levert lithografie-machines aan andere wereldspelers als TSMC en Samsung. Daarnaast is er rond het bedrijf een ecosysteem ontstaan van ruim 5000 leveranciers waarvan zo’n 1600 in Nederland, waarmee veel zowel directe als indirecte hoogwaardige werkgelegenheid is gecreëerd. ASML behoort aantoonbaar tot de meest innovatieve technologiebedrijven ter wereld. In 2024 gaf ASML circa 4,3 miljard euro uit aan r&d, ongeveer vijftien procent van de totale omzet. Van de circa 42.000 medewerkers wereldwijd werkt ongeveer 35 procent direct in r&d-functies gericht op ondermeer software, mechatronica, optica en systeemarchitectuur. Het sterkste bewijs van innovatiekracht is de technologische marktpositie. ASML heeft nagenoeg 100% marktaandeel in EUV-lithografie. Stijgers en dalers De bedrijven in de top 10 zijn nagenoeg constant. Alleen Cisco is eruit gevallen en IBM is naar de 10e plaats gestegen. Onderin de lijst zijn de fluctuaties heviger met 45 plaatsen winst voor Asus en 34 plaatsen verlies voor Ingram Micro. Nederlandse bedrijven Van de top 100 bedrijven hebben er 39 Nederlandse wortels. Beschouw je alleen de Nederlandse bedrijven, dan wordt de top 3 van de totaallijst en alle deellijsten uiteraard aangevoerd door overall winnaar ASML. Ook Afas is in alle lijsten in de top 3 te vinden. Verder ranken dienstverlener Linkit en betaalplatform Adyen hoog. Topics Tot slot is aan de respondenten gevraagd welke bedrijven het goed doen in specifieke ict-topics. (Deze resultaten tellen niet mee in de totaaluitslag.) ASML zien we hier niet vaak terug. In de top 3’s komen Microsoft, KPN en Accenture vaak naar voren. Dit artikel staat ook in Computable Magazine 2026 #1. Verantwoording imago-onderzoekEnigma Research Enigma Research heeft gebruik gemaakt van online kwantitatief marktonderzoek. De resultaten zijn verwerkt met behulp van het (mobiele) onderzoekssysteem van Enigma Research. In totaal 634 personen deden aan dit onderzoek mee. In het onderzoek werd specifiek gevraagd naar het imago als zakenpartner, als werkgever, op het gebied van innovatie, op basis van het kennisniveau van de medewerkers, qua financiële stabiliteit, duurzaamheid en 25 ict-deelgebieden.De berekening vond plaats door de deeltotalen op te tellen en te indexeren ten opzichte van de nummer één. Mocht er ergens een gelijke stand optreden, dan werd in de hoofdlijst de onderlinge verhouding bepaald op basis van het totaal aantal gegeven beoordelingen (waarbij minder beoordelingen bij een gelijke score voorgaat). In de deelcategorieën werd bij een gelijke stand de onderlinge verhouding bepaald op basis van meest gegeven hoogste scores.
Bert Peters, oprichter Linkit, overleden
1 week
Bert Peters is afgelopen 20 december op 66-jarige leeftijd overleden. Peters richtte Linkit in 1998 op vanuit zijn woonkamer en bouwde het uit tot een van de grotere Nederlandse it-dienstverleners. ‘We zijn diep bedroefd te moeten delen dat onze oprichter, Bert Peters, is overleden. Zijn ondernemersgeest, energie en focus op langdurige relaties vormden de basis van ons bedrijf’, laat Linkit in een Linkedin-post weten. ‘Hij zal niet alleen herinnerd worden als de oprichter, maar ook om het vertrouwen, de warmte en de inspiratie die hij bracht aan de mensen om hem heen.’ Linkit begon in 1998 als detacheerder. Een belangrijke klant was KLM dat ruim vijfentwintig jaar geleden het bedrijf inschakelde voor de inhuur van ict-personeel, als de eerste klant van Linkit, dat kort daarvoor was opgezet door oud-KLM’er Peters. Vorig jaar vierden de twee organisaties het zilveren jubileum van hun samenwerking. Peters bouwde Linkit daarna gestaag uit tot een bredere it-dienstverlener die ook regelmatig grote opdrachten via aanbestedingen bij de overheid binnenhaalde. Inmiddels werken er 1400 mensen bij het bedrijf met hoofdkantoor in De Meern. Linkit is ook in het buitenland actief, onder andere met een Outsystems-tak in Zuid-Afrika. FC Utrecht Ook FC Utrecht heeft met grote verslagenheid en verdriet kennisgenomen van het overlijden van Peters. Hij was al jaren nauw betrokken bij de voetbalclub toen hij op 20 februari 2020 aandeelhouder werd. In datzelfde jaar werd Peters met Linkit ‘Official Partner’. Afgelopen zomer werd die samenwerking verder verdiept met het academiepartnerschap. Bij de start van het partnership in 2020 sprak Peters zijn warme gevoelens voor de club uit: ‘Dit partnership voelt voor mij en voor ons als thuiskomen. Als Utrechts it-bedrijf zijn we trots dat we onze naam mogen verbinden aan een fantastische Utrechtse club.’ Ter nagedachtenis aan Peters speelde de eredivisieclub uit de Domstad op 21 december de wedstrijd tegen PSV met rouwbanden. Voorafgaand aan het duel werd een minuut stilte gehouden.
Expertisecentrum bij Groningse ai-fabriek opent al in april
1 week
De ai-fabriek in Groningen kan al in april aanstaande starten met de opening van het expertisecentrum waar op den duur zo’n vijftig mensen komen te werken. De openstelling van de ai-supercomputer wordt nu eind 2027 of begin 2028 voorzien. Dit hangt af van de aanbesteding door de EuroHPC Joint Undertaking (EuroHPC JU). In totaal is met de ai-fabriek ruim tweehonderd miljoen euro gemoeid.  Dit blijkt uit een brief aan de Tweede Kamer waarin het kabinet de laatste stand van zaken meldt. De Groningse ai-fabriek maakt de ontwikkeling van verantwoorde en geavanceerde ai-modellen en -toepassingen toegankelijk. De doelgroep bestaat uit het innovatief mkb, startups, onderzoekers en overheden. De voorbereidingen voor het beschikken van de subsidie aan het consortium voor de ai-fabriek zijn in de afrondende fase. Het is van belang dat (potentiële) gebruikers zo snel mogelijk aan de slag kunnen met het voorbereiden van aanvragen om te kunnen rekenen. De doelgroepen zouden al vroegtijdig geholpen kunnen worden met het aanvragen van rekentijd. Bestaande supercomputers in andere lidstaten bieden daartoe kansen. Dit biedt de mogelijkheid om al vóór ingebruikname van de Nederlandse supercomputer ervaring op te doen, projecten voor te bereiden en te starten en kennis te vergaren. Het potentieel van de Groningse ai-fabriek kan zo sneller worden benut.  Die fabriek, een publieke faciliteit, is gericht op de pre-commerciële fase. Daarnaast komen er in Europa ook ai-gigafabrieken, grote privaat-publieke reken- en datacentra bestemd voor het trainen en runnen van de volgende generatie ‘frontier’ ai-modellen. De Europese Commissie stelt voor om binnen de EU vijf ai-gigafabrieken te ontwikkelen. Verwacht wordt dat in het eerste kwartaal van 2026 de officiële call hiervoor open gaat. Vooraf moeten consortia die willen meedingen, een financiële commitment afgeven. Het kabinet moet daarover nog een besluit nemen.  Volgende ai-modellen Met het oog op dit initiatief voor ai-gigafabrieken heeft Economische Zaken aan het bureau Ecorys gevraagd om te onderzoeken wat de meerwaarde is van het vestigen van zo’n ai-gigafabriek in Nederland. Vanuit gebruikersfunctionaliteit hangen nut en noodzaak af van het ontwerp van deze fabriek, aldus Ecosys in een rapport. Voor ai-inferencing (het inzetten van reeds getrainde ai-modellen) volstaat een federatief model met kleinere ai-gigafabriek faciliteiten (multi-site).  De meerwaarde van een centrale (single-site) ai-gigafabriek ligt vooral in het kunnen trainen van de volgende generatie ‘frontier’ ai-modellen. Op dit moment is echter nog geen Nederlandse onderneming hiertoe in staat. Wel verwacht Ecorys dat de vraag naar rekenkracht, in ieder geval voor inferencing, in de toekomst sterk zal toenemen in Nederland. Daardoor kan een ai-gigafabriek voor ai-inferencing wél van meerwaarde kan zijn.  Een gefaseerde uitrol van rekenkrachtcapaciteit kan ervoor zorgen dat het rekenkracht-­aanbod meegroeit met de vraag, aldus Ecosys. Naast gebruikersfunctionaliteit vormen de hoge kosten, de locatiekeuze en de energievoorziening, mede door de bestaande netcongestie, belangrijke uitdagingen.
Digipoort in 2026 afgerond, voortgang bij het Federatief Datastelsel
1 week
De herbouw van Digipoort, de centrale ict-voorziening die het berichtenverkeer afhandelt tussen bedrijven en overheidsorganisaties, wordt in 2026 afgerond. Verder zijn voor het Federatief Datastelsel dit jaar drie standaarden ontwikkeld en in beheer genomen. Dit staat in de planning voor de Generieke Digitale Infrastructuur (GDI) die de Programmeringsraad GDI voor 2026 heeft opgesteld. De Meerjarenvisie Digitale Overheid (MIDO) vormt de basis voor deze programmering. Het is een volgende stap in de voortdurende digitalisering en verbetering van overheidsdiensten.  Ondanks het pleidooi van het Adviescollege ICT-toetsing (AcICT) om de herbouw van Digipoort tijdelijk stil te leggen, zette voormalig staatssecretaris  Szabó deze operatie afgelopen mei toch door. Digipoort biedt ruim 100 bestaande soorten berichtenstromen naar organisaties a;s de Belastingdienst, UWV, Kamer van Koophandel, DUO en De Nederlandsche Bank.  Halverwege 2026 moeten alle gebruikers van de oude naar de nieuwe Digipoort zijn gemigreerd. Dan zullen alle berichtenstromen van de afnemers via deze hernieuwde ict-voorziening lopen. Daarna zal de oude Digipoort worden ontmanteld. Het veilig en gestandaardiseerd versturen van bedrijfsmatige en financiële rapportages is uiterst belangrijk. Deze gegevensuitwisseling draagt bij aan de administratieve lastenverlichting voor ondernemers.  De migraties van DigiD en DigiD Machtigen zijn in volle gang. Digipoort KvK Groot en BSN-koppelregister zijn inmiddels succesvol in productie op de nieuwe basis-ict-infrastructuur van Logius, Picard geheten, en de platformlaag Logius Private Cloud (LPC). Het momenteel veel besproken Solvinity bouwde ditfundament waarop alle GDI‑voorzieningen (DigiD, MijnOverheid, Digipoort, eHerkenning, Berichtenbox) uiteindelijk moeten draaien. Solvinity levert ook de PaaS-diensten (LPC) bovenop Picard. Federatief Datastelsel Ook bij het Federatief Datastelsel (FDS) dat moet uitgroeien tot een uniform data-ecosysteem van de Nederlandse overheid, wordt voortgang gemeld. De omslag van traditionele it naar een api-ecosysteem krijgt zijn beslag. Dit jaar 2025 zijn drie standaarden ontwikkeld en in beheer genomen. Dit zijn de  Federated Service Connectivity (FSC), de Federatieve Toegangsverlening (FTV) en het Logboek Dataverwerkingen (LDV).  Verder meldt de Programmeringsraad GDI te streven naar verdere verplichtstelling van gebruik van het Diginetwerk, het afsprakenstelsel dat ervoor zorgt dat de besloten it‑netwerken van overheidsorganisaties met elkaar worden gekoppeld. De governance is versterkt vanwege het belang van Diginetwerk voor overheidsbrede besloten cloudconnectiviteit en weerbaarheid. De programmering van de GDI meldt nog weinig over de plannen voor een soevereine cloud. Dit jaar is als eerste opgeleverd de versneller ‘Uniforme definities voor de verschillende soorten cloud’.
Gen-ai zet digitale transformatie in de hoogste versnelling 
1 week
BLOG – Snelheid is niet langer een concurrentievoordeel, maar een voorwaarde om te overleven in een veranderende markt. Waar transformatietrajecten vroeger drie tot vijf jaar duurden, verwachten klanten nu binnen een jaar tastbare resultaten. Om hierop in te kunnen spelen, moeten bedrijven hun transformatiestrategieën ingrijpend herzien. Hoe maken organisaties in het gewenste tempo de benodigde stappen?   Het zal niet verrassend zijn dat generatieve ai (gen-ai) centraal zou moeten staan bij een vernieuwde strategie. Door de steeds snellere adoptie ervan, wordt de lat alsmaar hoger gelegd. Ai is inmiddels in veel bedrijfsprocessen geïntegreerd; volgens het CBS wordt zelfs het merendeel van de omzet gegenereerd door bedrijven die ai-technologie gebruiken. Het verhoogt bovendien de productiviteit van ontwikkelaars en helpt it-teams sneller en slimmer oplossingen te leveren die bijdragen aan transformatie en meer impact hebben op het bedrijfsresultaat.   Ondanks de marktvraag naar snellere doorlooptijden en economische kansen, vertrouwen veel bedrijven nog steeds op verouderde systemen en gefragmenteerde data, die schaalbaarheid en vooruitgang belemmeren. Veel it-teams houden vast aan traditionele werkwijzen en passen zich moeilijk aan, wat digitale transformaties vertraagt en innovatie afremt.   Een extra uitdaging is dat ondanks de versnelde adoptie van ai, 52 procent van de projecten volgens Gartner nooit de productiefase bereikt. Gemiddeld duurt het acht maanden om van prototype naar productie te gaan. Lange doorlooptijden remmen de vooruitgang en maken het lastig om wendbaar en innovatief te blijven.   Wat de reden ook is, bedrijven kunnen niet anders dan ai omarmen en het gebruiken om sneller te innoveren om hun concurrentievoordeel te behouden. Concept In het afgelopen jaar is de ai-hype verschoven van een theoretisch concept naar een concrete oplossing die softwareontwikkeling ingrijpend verandert. Een rapport van OutSystems en KPMG toont aan dat 93 procent van de leidinggevenden van plan is de ai-investeringen te vergroten. Gen-ai biedt ongekende mogelijkheden door softwareontwikkeling te stroomlijnen met automatische codegeneratie, snelle prototyping en het vertalen van code van de ene programmeertaal naar de andere. Agentic ai gaat zelfs een stap verder door zelfstandig acties uit te voeren, beslissingen te nemen en complete processen te coördineren. Bedrijven die deze innovaties omarmen benutten gen-ai niet alleen voor efficiëntie, maar als motor van verandering en een drijvende kracht achter digitale transformatie. Zo realiseren bedrijven waarde in maanden in plaats van jaren Gen-ai in softwareontwikkeling helpt bedrijven hun digitale transformatie te versnellen door de ontwikkeltijd en kosten drastisch te verlagen. Hierdoor moeten sectoren hun systemen aanpassen om relevant te blijven. Het combineren van gen-ai met low-code kan daarnaast bijdragen aan de efficiëntie van softwareontwikkeling. Low-code maakt complexe taken eenvoudiger, waardoor it-teams gen-ai-oplossingen snel kunnen aanpassen, itereren en implementeren. Zo bouwen bedrijven in recordtijd ai-gedreven applicaties, waardoor ze in maanden waarde kunnen realiseren, in plaats van jaren.  Terwijl bedrijven deze transformatie doormaken moeten ze ook overwegen of ze software zelf bouwen of kopen voor maximale efficiëntie. Omdat software sneller moet worden ontwikkeld, zoeken bedrijven naar betere samenwerking tussen gen-ai en menselijke expertise. Agentic ai versterkt die samenwerking nog meer door medewerkers in gewone taal met systemen te laten communiceren. Zulke samenwerkingen versnellen ontwikkeltrajecten en helpen bedrijven concurrerend te blijven.   Uitdagingen Hoewel de adoptie van ai kansen biedt, brengt het ook de nodige uitdagingen met zich mee. Zonder goed beheer leidt de druk om snel te ontwikkelen tot technical debt en ongebruikte code. Wanneer duidelijke richtlijnen ontbreken vergroot ai-code daarnaast het risico op technical debt, waardoor schaalbaarheid en onderhoud lastiger worden. Dit kan uiteindelijk weer leiden tot verminderde concurrentiekracht.   De inzet van gen-ai brengt verder serieuze veiligheidsrisico’s met zich mee. Veel modellen zijn getraind op datasets die soms gevoelige informatie bevatten, wat kan leiden tot potentiële schendingen van privacy. Bovendien houden gen-ai-modellen niet altijd rekening met recente kwetsbaarheden, waardoor systemen vatbaar blijven voor hackers en cyberdreigingen. Daarom is het cruciaal dat bedrijven duidelijke governance- en compliancekaders opstellen om een ethische en veilige toepassing van ai te waarborgen. Zowel voor de bescherming van gevoelige informatie als het garanderen van transparantie.   Eisen Tegenwoordig wordt het succes van digitale transformatie gemeten aan de hand van concrete bedrijfsresultaten zoals time-to-market, klanttevredenheid en kostenefficiëntie. Bedrijven willen snel applicaties bouwen met gen-ai, maar moeten daarbij tegelijk voldoen aan eisen voor kwaliteit, veiligheid en governance.   Het gebruik van ai-gedreven low-codeplatformen stelt bedrijven in staat hun doelen te bereiken en deze maatstaven te realiseren. Gen-ai heeft de mogelijkheden voor efficiënte innovatie aanzienlijk vergroot, waardoor digitale transformatie niet langer een langdurig proces hoeft te zijn. Wie zich net zo snel weet te transformeren als gen-ai, wint in een wereld waarin snelheid allesbepalend is.  Harmen Hoogwout, regional vice president, Northern Europe, OutSystems   
Kort: EyeTi lijft Azerty, Uni Systems bouwt EU-breed cyberrapportagesysteem (en meer)
1 week
EyeTi neemt Azerty over, Omnidocs koopt Officeatwork, Enisa kiest Uni Systems, Integrity360 lijft Cresco Cybersecurity in en BAM Telecom en Glasdraad sluiten beheercontract. Dit zijn de onderwerpen in dit nieuwsbericht.    Azerty sluit zich aan bij EyeTi voor uitbreiding it-diensten Azerty, een leverancier van it-hardware uit Raalte, treedt toe tot EyeTi, een collectief van gespecialiseerde it-bedrijven. Met deze samenwerking wil Azerty zijn aanbod uitbreiden met aanvullende it-oplossingen en diensten. Het bedrijf behoudt zijn eigen merkidentiteit, maar krijgt toegang tot expertise op het gebied van processen, financiën en duurzaamheid. Ook het onderdeel A-Force, dat softwarediensten aan Azerty, gaat mee. EyeTi richt zich op samenwerking tussen zelfstandige bedrijven, waaronder Aces Direct, om klanten een breed portfolio te bieden. Omnidocs versterkt positie in DACH-regio met overname Officeatwork Het Deense softwarebedrijf Omnidocs, gesteund door investeerder Main Capital Partners, heeft een meerderheidsbelang verworven in Officeatwork. Dit Zwitserse bedrijf, opgericht in 1975, biedt Microsoft 365-geïntegreerde oplossingen voor documentcreatie en bedient meer dan vijfhonderd klanten wereldwijd. De overname is een belangrijke stap in de internationale groeistrategie van Omnidocs en vergroot de aanwezigheid in de DACH-markt aanzienlijk. Het is de vierde add-on acquisitie sinds de samenwerking met Main. Eerder nam Omnidocs onder andere het Nederlandse Xential over. Enisa kiest Uni Systems voor EU-breed cyberrapportagesysteem Het Griekse Uni Systems is door het EU-agentschap Enisa geselecteerd voor de ontwikkeling van het Single Reporting Platform (SRP), een centraal meldingsplatform voor cyberincidenten en kwetsbaarheden onder de Cyberweerbaarheidsverordening (CRA). Het SRP wordt de hoeksteen voor fabrikanten om te voldoen aan de nieuwe EU-rapportageverplichtingen. Uni Systems leidt een consortium met het Franse Wavestone en het Luxemburgse Cyber Competence Center. Het raamcontract heeft een looptijd van vier jaar en een waarde van elf miljoen euro. Het project moet meldingsprocessen vereenvoudigen en samenwerking tussen betrokken partijen versterken, waarmee de digitale weerbaarheid van Europa aanzienlijk wordt verbeterd. Integrity360 betreedt Benelux-markt met overname Cresco Cybersecurity Integrity360, een Ierse aanbieder van cyberbeveiligingsdiensten, heeft Cresco Cybersecurity overgenomen in het kader van zijn internationale groeistrategie. Cresco, opgericht in 2020 en gevestigd in Brussel, is een adviesbureau dat klanten in de hele Benelux bedient. Het bedrijf telt dertig medewerkers en beschikt over diepgaande expertise in ethisch hacken, offensieve beveiliging en compliance, waaronder penetratietests, red teaming en advies rond NIS2-normen. Financiële details van de transactie zijn niet bekendgemaakt. BAM Telecom en Glasdraad sluiten meerjarig beheercontract voor glasvezelnetwerken BAM Telecom en Glasdraad hebben een meerjarig contract gesloten voor het beheer en onderhoud van glasvezelinfrastructuur in de werkgebieden van Glasdraad in Nederland. BAM Telecom neemt vanaf 1 januari 2026 het volledige beheer op zich, inclusief onderhoud, monitoring en optimalisatie van het netwerk. Het doel is een stabiele en toekomstbestendige verbinding voor bewoners en bedrijven. De samenwerking richt zich op continuïteit, kwaliteit en innovatie in digitale infrastructuur. Glasdraad wil met deze stap betrouwbare glasvezelverbindingen realiseren, vooral in buitengebieden, terwijl BAM Telecom zijn expertise inzet voor professioneel netwerkbeheer.
Kabinet wil meer grip op digitale infrastructuur, kiest wel voor realistische koers
1 week
De Visie Digitale Autonomie die in de ministerraad is vastgesteld, is een echte balanceeract geworden. De komende jaren moet een evenwicht worden gevonden tussen autonomie en afhankelijkheid. Het kabinet denkt aan voorzichtige eerste stappen en wil zeker niet te hard van stapel lopen. Het kabinet wil meer grip op digitale infrastructuur, maar kiest voor een realistische koers. Digitale autonomie en soevereiniteit van de overheid waren belangrijke thema’s in 2025 waar de rest van dit decennium flink aan moet worden gewerkt. Het uitgangspunt is helder: de overheid moet meer grip krijgen op technologie, data en infrastructuur. Erkend worden de zorgen over de strategische afhankelijkheid van Amerikaanse cloudaanbieders. Het streven is dat soort risico’s te verminderen.  De Visie Digitale Autonomie was hard nodig. Want de overheid wordt steeds afhankelijker van digitale infrastructuur om publieke taken goed te kunnen uitvoeren. ‘Dat vraagt om meer grip op systemen, data en processen – zonder de illusie te hebben dat volledige autonomie haalbaar of wenselijk is.’ Maar het kabinet tempert meteen al de verwachtingen. ‘Boven alles dient de aanpak realistisch en gefaseerd te zijn,’ zo klinkt het. In die benadering worden bestaande (Amerikaanse) leveranciers gecombineerd met Europese alternatieven, terwijl de inzet op overheidsbrede samenwerking centraal staat. Geen uitsluiting Amerikanen Het kabinet staat afwijzend tegenover het categorisch uitsluiten van bepaalde (Amerikaanse) dienstverleners. Het rijksbrede cloud-beleid wordt aangescherpt. Uitdrukkelijk rekening wordt gehouden met risico’s rond marktconcentratie en ongewenste afhankelijkheden van enkele cloudleveranciers. In de eerste helft van 2026 komt hierover wat meer duidelijkheid, al gaat het alleen nog maar om een eerste ‘verkenning’. Vanuit het NDS Programma wordt bekeken hoe een soevereine overheidscloud er uit moet zien.  De Nederlandse inzet is gericht op ‘verstandig omgaan met afhankelijkheden’. De visie spreekt van een zorgvuldige balans. Het motto is: open waar het kan, beschermen waar het moet. Want we kunnen niet alles zelf doen, en moeten wel bewuste keuzes maken. Essentieel is dat de overheid strategische keuzes maakt; keuzes die publieke waarden zoals privacy, veiligheid en democratie verankeren in de digitale infrastructuur van morgen. Deze visie biedt daarvoor een gemeenschappelijk referentiepunt. Het biedt richting voor keuzes over infrastructuur, samenwerking, leveranciers en investeringen. Belangrijk zijn samenwerking met andere landen, behoud van een open economie en het versterken van Europese oplossingen. Tevens wil het kabinet meer verantwoordelijkheid nemen waar kernbelangen op het spel staan.  Veel woorden De eerder genoemde balans is niet altijd makkelijk, aldus de visie. Verschuivingen van focus zijn niet snel te realiseren. Het versterken van autonomie en soevereiniteit vraagt langdurige investeringen. Ook is er veel legacy. De koers naar meer autonomie en soevereine overheid zal onvermijdelijk gepaard gaan met dilemma’s. Meer autonomie kan bijvoorbeeld betekenen dat er tijdelijk hogere kosten kunnen ontstaan, dat schaalvoordelen van bestaande leveranciers deels verloren gaan, of dat innovatie trager verloopt doordat men minder kan leunen op dominante marktpartijen.  De kabinetsvisie bevat veel woorden. Beschreven zijn de strategische bouwstenen en leidende principes die de fundamenten moeten vormen van een toekomstbestendige digitale overheid. Tegelijk geeft het rapport toch weer veel mogelijkheden – aan onwillige cio’s – om gewoon met grote Amerikaanse leveranciers door te gaan. Anders gezegd: iedereen kan eruit halen wat in zijn straatje past. Wel wordt opgemerkt dat digitale autonomie en soevereiniteit een andere cultuur vereist binnen de overheid. De ambtelijke en politieke leiding moet meer risico’s durven nemen. Dat betekent leren van mislukkingen, sneller schakelen en ruimte geven aan experimenten.  Binnen de overheid wordt vaak gekozen voor de veiligste weg, maar technologische en geopolitieke ontwikkelingen laten zien dat te veel terughoudendheid innovatie en weerbaarheid ondermijnt. Pilotprojecten waarin nieuwe technologie in de praktijk wordt getest, dienen daarom ruim baan te krijgen.  De visie eindigt met de conclusie dat de uitdaging groot is, maar dat nu het moment is aangebroken om te handelen.
Airbus wil gevoelige data binnen EU houden
1 week
Airbus bereidt een migratie van missie-kritische applicaties voor naar een soevereine Europese cloud. Begin komend jaar moet het al tot een aanbesteding komen. De vliegtuigbouwer zit met veel gevoelige informatie die beter niet buiten Europa kan worden opgeslagen.Catherine Jestin, hoofd Digital bij Airbus, heeft dit verklaard aan de Britse it-publicatie The Register. Airbus gebruikt steeds meer software zoals SAP S/4HANA die via de cloud wordt aangeboden. Veel nieuwe functionaliteiten worden alleen maar op basis van een abonnement op een cloud-oplossing aangeboden en niet on-premise.Airbus wil behalve erp-applicaties ook systemen voor customer relationship management (crm), de besturing van de productie en het beheer van de product-levenscyclus in een Europese cloud onderbrengen. De contractwaarde is meer dan vijftig miljoen euro per jaar. Airbus vreest wel dat het nog niet zo gemakkelijk zal zijn om een geschikte cloudprovider uit de EU te vinden die aan zijn eisen voldoet. 
EU-landen akkoord over digitale euro
1 week
De EU-landen hebben een akkoord bereikt over een digitale euro. Deze digitale vorm van contant geld, uitgegeven door de Europese Centrale Bank (ECB), komt op zijn vroegst in 2029. Het Europees Parlement moet nog wel instemmen met de plannen. Voor het gebruik van digitale euro’s kan straks iedereen bij een bank een aparte rekening openen. Betalen kan met behulp van de app van de bank, een ECB-app of een aparte betaalkaart. Er komt een online- en een offline-variant van de digitale euro. Bij de online-variant is privacy vergelijkbaar met andere digitale betaalmethoden, zoals pinnen of betalen met je telefoon. De offline-digitale euro biedt nog meer privacy en werkt bijvoorbeeld door telefoons dicht bij elkaar te houden. Betalingen zijn dus ook mogelijk in geval van een internet-, stroom- of bankstoring. Hard gemaakt Nederland heeft zich hard gemaakt voor strenge privacyvoorwaarden, offline-gebruik en niet-programmeerbaarheid. Dit laatste betekent dat het gebruik van de digitale euro niet kan worden gekoppeld aan een bepaald doel. De opname van dit verbod in de verordening zorgt voor een stevige verankering. Voor de digitale euro zal een acceptatieplicht gelden voor winkeliers. Als winkeliers nu pinbetalingen accepteren, zullen ze op dezelfde manier digitale euro betalingen moeten accepteren. Nederland heeft er op ingezet dat de kosten voor het gebruik van een digitale euro laag blijven voor winkeliers. Maximum aantal De digitale euro is een extra manier om in de toekomst (anoniem) te kunnen betalen, naast geld op een bankrekening of contant geld. Het is dus niet verplicht. Dit extra betaalmiddel is niet bedoeld om mee te sparen. Er komt daarom een maximum voor het aantal digitale euro’s dat je kunt aanhouden. Gebruikers ontvangen bovendien geen rente. Standaard diensten, zoals het openen of sluiten van een digitale-euro-rekening en betalen met de digitale euro, zullen voor de consument gratis zijn. Het opzetten en mogelijk maken van de digitale euro kost wel geld. De Europese Centrale Bank neemt een deel van de kosten van het betalingsverkeer op zich. Daarnaast leveren banken, betaaldienstverleners en winkeliers een bijdrage. In de eerste jaren worden winkeliers beschermd tegen hogere tarieven. Als na enkele jaren meer bekend is over de daadwerkelijke kosten voor banken en betaaldienstverleners, worden de tarieven hierop aangepast. Geen Nederlandse bedrijven Het belangrijkste doel van een digitale euro is dat iedereen ook in de toekomst toegang houdt tot publiek geld, zelfs nu alles steeds digitaler wordt. Net als contant geld is de digitale euro een vorm van geld van de centrale bank. Je bent dus niet afhankelijk van commerciële banken om digitaal te kunnen betalen. Het wordt uitgegeven door de Europese Centrale Bank. Daardoor is het stabieler en veiliger dan commerciële cryptomunten. Het werkt overal in Europa. De ECB gaat het platform voor de digitale euro, de kern van de technische infrastructuur, zelf bouwen. Ongeveer zeventig partners zijn in beeld om features te testen en uit te vissen hoe het ecosysteem het beste kan werken. Hiertoe behoren geen Nederlandse (fintech)bedrijven.
Datacenters moeten de luiken opengooien
1 week
Transparantie als sleutel tot slimme en duurzame digitale infrastructuur OPINIE – De reacties op mijn eerdere opinie over het sentiment in de datacenterbranche laten zien dat de discussie leeft. Dat is niet iets om defensief op te reageren, maar juist een kans om de sector verder te brengen. De betrokkenheid die uit de reacties spreekt, bevestigt dat we samen het gesprek moeten voeren over transparantie, duurzaamheid en toekomstbestendige digitale infrastructuur. Datacenters zijn geen probleemsector — ze vormen de ruggengraat van onze samenleving. Laten we dat vooropstellen. Werk, onderwijs, zorg, overheid, innovatie en zelfs onze vrije tijd zijn afhankelijk van datacenters. Zonder datacenters geen digitale zorg, geen onderwijs op afstand, geen ai-modellen, geen moderne bedrijfsvoering. De feedback in de reacties (zie kader onderaan) maakt duidelijk dat veel professionals trots zijn op dit werk – en terecht. De sector verdient waardering. Maar waardering alleen is niet genoeg. Want met die cruciale rol komt ook verantwoordelijkheid. Slimmer Groei is onvermijdelijk, maar de manier van groeien moet veranderen. Als we doorgaan op de weg van de afgelopen tien jaar – vooral gericht op schaalvergroting – lopen we binnen enkele jaren tegen uitgeputte mogelijkheden aan: netcongestie; beperkte ruimte; stijgende energievraag; onzeker maatschappelijk draagvlak. De oplossing ligt niet in groter, maar in slimmer. Dat betekent: efficiëntere hardware, betere workload-sturing, integratie met warmtenetten, minder verspilling, modulair bouwen en continu inzicht in energiegedrag van systemen. Het recente ABN Amro-rapport bevestigt hetzelfde probleem: zonder cijfers blijft groene it een illusie. Bedrijven kunnen hun it niet verduurzamen omdat ze geen betrouwbare, gestandaardiseerde cijfers krijgen vanuit datacenters en cloudproviders, aldus de ABN Amro-analyse. In dat rapport wordt gesteld dat: meetmethodes sterk verschillen; dashboards ontbreken; verbruik vaak niet inzichtelijk is per workload of applicatie; en dat groene claims te vaak marketing zijn in plaats van meetbaar en verifieerbaar. De constatering van ABN Amro (‘zonder cijfers blijft groene it een illusie’) raakt de kern van mijn boodschap: transparantie begint bij de bron – bij de hardware, de servers, de koeling, de energieprofielen en de real-time data daarvan. Onzichtbaar De samenleving wil begrijpen wat datacenters doen – laten we dat mogelijk maken. Het is niet genoeg dat datacenters intern weten hoe efficiënt ze zijn. Ook lokale overheden, burgers en klanten moeten dat kunnen begrijpen. Want het maatschappelijk draagvlak staat onder druk, en dat heeft de sector deels aan zichzelf te wijten. Niet omdat datacenters slecht zijn, maar omdat ze onzichtbaar zijn. En wat onzichtbaar is, wordt gewantrouwd. Door open data, auditbare rapportages en eenvoudige dashboards ontstaat een totaal ander gesprek: van ‘Wat kost dit ons?’ naar ‘Wat levert dit ons op?’. Conservatisme blokkeert innovatie – maar de transitie dwingt beweging af. Veel datacenters zijn technisch zeer capabel maar organisatorisch te voorzichtig.Nieuwe concepten als: modulaire datacenters; restwarmte-levering; AI-gedreven koeloptimalisatie; transparante energie-dashboards; en server-efficiëntiemetrieken (zoals server idle coefficient) zijn geen toekomstmuziek. Ze bestaan al, maar worden nog te weinig toegepast. Net zoals ABN AMRO stelt dat groene IT niet kan zonder meetdata, geldt voor datacenters dat duurzame groei niet kan zonder radicale transparantie. De digitale infrastructuur wordt steeds belangrijker in ons dagelijks leven. Daardoor wordt de maatschappelijke verwachting ook groter.Dat vraagt om een nieuw sociaal contract tussen de sector en de samenleving: erkennen dat de fysieke impact groeit; verantwoorden wat er gebeurt; verbeteren waar het kan; delen hoe die verbeteringen bijdragen aan energie, kosten en duurzaamheid. Kruispunt Het begint en eindigt bij data. Zowel de reacties op mijn eerdere artikel als het ABN AMRO-rapport laten zien dat iedereen uiteindelijk naar hetzelfde zoekt: betrouwbare, vergelijkbare en realtime cijfers. De sector staat op een kruispunt. Kiezen we voor openheid, innovatie en samenwerking? Of houden we vast aan oude patronen, met groeiende weerstand als gevolg? Ik ben ervan overtuigd dat de sector de juiste keuze gaat maken. Maar het begint wel bij de bron: de data, de transparantie, en de bereidheid om te laten zien wat er écht gebeurt. Marco Verzijl, medeoprichter Stichting Save Energy Foundation Samenvatting van de vier reactiesOp de eerste opiniebijdrage van Marco Verzijl, ‘Datacenterbranche heeft sentiment tegen zichzelf gekeerd‘, kwamen vier reacties (waarvan twee van dezelfde reageerder: 1 en 4). Hieronder een samenvatting.1. Kritiek op de Stichting en onafhankelijkheidDe eerste reageerder stelt dat Stichting Save Energy Foundationvan Marco Verzijl zichzelf als normsteller positioneert en daarmee een eigen niche creëert, wat vragen oproept over belangenverstrengeling en onafhankelijkheid. Volgens hem moet eerst helder zijn wie de regels maakt en waarom. Daarnaast vindt hij dat het narratief van “onbegrepen energieslurpers” voorbijgaat aan het feit dat elektrische auto’s op macroniveau meer vermogen vragen dan datacenters. Hij stelt dat netcongestie niet wordt opgelost met pue-optimalisatie en dat maatschappelijke legitimiteit via andere mechanismen loopt dan via een stichting.2. Reflectie op energie, pue en hypocrisie rond datacentersDe tweede reageerder erkent dat de discussie over it-energiegebruik al lang gaande is en dat Nederlandse datacenters vergelijkbare pue’s hebben als die in de VS. Hij vindt het daarom hypocriet om wel tegen datacenters te zijn maar niet de achterliggende oorzaken (zoals groeiend it-gebruik) te willen aanpakken. Daarnaast trekt hij de parallel met politiek: roepen om ‘groen zijn’ zonder meetbaarheid leidt tot inconsequent beleid.3. Sector verdedigt bestaande rapportage, transparantie en prestatiesDe derde reageerder stelt dat de opinie van Verzijl foutieve aannames bevat. Volgens hem rapporteert de Nederlandse datacentersector al meer dan twintig jaar verplicht en transparant via MJA, EED, Omgevingsdiensten en CBS-cijfers. De sector zou bovendien actief samenwerken met netbeheerders, warmtenetten en overheden, en al jaren in de kopgroep van best presterende sectoren zitten. Hij benadrukt dat er jaarlijks open dialoog is via duurzaamheidsevenementen.4. Terugkerende zorgen over hyperscalers en energie-infrastructuurDe vierde reageerder legt de nadruk op het effect van hyperscalers die >100 MW verbruiken en lokaal de infrastructuur kunnen domineren, zoals in Dronten. Hij betoogt dat het debat over datacenters terecht gevoerd wordt. Daarnaast stelt hij dat modellen (zoals van het CPB of de server idle coefficient) soms overschat worden in hun impact op werkelijke energieverbruiken. Hij wijst erop dat een groot deel van het energieverbruik juist zit in langdurige data-opslag (retentie), waarbij tape-opslag opnieuw aantrekkelijk wordt door zijn lage idle-consumptie.
Van incident naar impact: waarom ‘dex-it’ strategisch maakt
1 week
BLOG – In veel organisaties is it als de plaatselijke brandweer: altijd onderweg om de volgende brand te blussen. Van kleine ongemakken, zoals een niet-werkende wifi, tot storingen waarbij hele systemen platliggen. Maar groot of klein, elke brand blijft een stoorzender in de werkdag. Als it alleen reactief blijft, kost dat niet alleen tijd en geld, maar ook iets veel meer waardevol: het vertrouwen en de tevredenheid van medewerkers. It moet meer zijn dan de brandweer van de organisatie. Vloeiend digitaal werken is tegenwoordig vanzelfsprekend. Het gaat er niet om dát it werkt, maar om hoe medewerkers het ervaren. Oftewel, de digital employee experience (dex). En die digitale ervaring is geen technisch vraagstuk meer, maar een strategische succesfactor. Eerste indruk Als it-professional bepaal je vaak de eerste indruk die nieuwe collega’s van de organisatie krijgen. Kun je op een eerste werkdag probleemloos inloggen en soepel samenwerken met collega’s via cloudtools? Goed ingerichte systemen benadrukken het gevoel dat je als medewerker van waarde bent voor de organisatie en serieus genomen wordt. Dat is waarom dex niet alleen de productiviteit van de werkdag bepaalt, maar ook het werkgeversimago en de manier waarop medewerkers hun organisatie ervaren. Werkplekbeheer is meer dan een technische aangelegenheid. Sterker, het is het visitekaartje van de organisatie. Boventoon Toch voert de brandweerrol op veel it-afdelingen nog vaak de boventoon. Dat komt omdat je als it-team tussen twee vuren zit. Enerzijds ligt er volop focus op het verbeteren van de digitale medewerkers-ervaring. Zo geven acht op de tien it-managers in de ‘Inside ITSM 2026’ aan hiermee bezig te zijn. Anderzijds maken obstakels, zoals hoge werkdruk (35%) en beperkte middelen om storingen efficiënt op te lossen (43%), dat dit een lastige opgave blijft. Hybride werken maakt het extra complex: it-problemen zijn verspreid over locaties, apparaten en netwerken. Het gevolg? Je belandt als it-team in een vicieuze cirkel van storingen oplossen, waardoor er weinig ruimte over blijft voor structurele verbetering. Zeldzaam Het beste brandweerteam is een team dat weinig hoeft uit te rukken, omdat er genoeg tijd en aandacht is voor brandveiligheid. Voor it betekent dit: een werkplek die zodanig stabiel is dat grote incidenten zeldzaam zijn. Technologie zoals ai-gedreven monitoring van het landschap, selfserviceportalen en gebruiksvriendelijke samenwerktools is hierin onmisbaar. Maar het gaat niet alleen om techniek, ook de samenwerking met je gebruikers op de werkvloer is essentieel. Maak het daarom mogelijk dat medewerkers structurele feedback over hun it-ervaringen kunnen geven, los van incidenten. En maak duidelijke afspraken over prioriteiten en responstijden en stimuleer hun zelfredzaamheid met training en selfservice. Als er wederzijds begrip is, ontstaat balans: het it-team innoveert proactief, omdat medewerkers meer eigenaarschap nemen. Net als brandweermensen die elkaar blindelings vertrouwen en daardoor niet alleen sneller blussen, maar tegelijk de rust bewaken. Kwetsbaar Zolang je als it-afdeling blijft functioneren in de brandweermodus, blijft ook de digitale ervaring van medewerkers kwetsbaar. Een sterke dex vraagt om een combinatie van betrouwbare technologie, slimme processen en een sterke samenwerking tussen it en de werkvloer. Het creëren van een fijne digitale werkplek is dan ook een gezamenlijke verantwoordelijkheid: it kijkt voorbij de brandjes, medewerkers dragen bij met feedback en zelfredzaamheid. De keuze ligt bij jou en je team: blijf je blussen of bouw je aan een digitale omgeving waar collega’s trots op zijn? Max Veenhof, businessconsultant, TOPdesk
AcICT: DUO eindelijk op goede weg met systeem bekostiging
1 week
De Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO) zit op de goede weg met de heroriëntatie van het project Doorontwikkelen Applicatielandschap Bekostiging (DAB). Na bijna vijf jaar van harde kritiek breekt er nu eindelijk licht door bij het vernieuwen van de applicaties voor de bekostiging van onderwijsinstellingen.  Dit blijkt uit een nieuw rapport van het Adviescollege ICT-toetsing (AcICT) die het DAB-project al geruime tijd ‘kritisch begeleidt’ en sinds 2021 maant tot een andere aanpak. Het oordeel is voor het eerst sinds het begin van dit project minder negatief. Maar AcICT blijft kritisch. DUO moet de valkuilen van het verleden zien te vermijden: het architectuurproces dient te worden verbeterd. Ook is het hard nodig om te blijven sturen op de verbeterde uitvoering van de nieuwe aanpak.  Vernietigend oordeel In 2021 had BIT als voorganger van AcICT ronduit vernietigend geoordeeld over de wijze waarop DUO dit project wilde aanpakken. Maar de uitvoeringsorganisatie wilde lange tijd niets weten van een pauze, herontwerp en een nieuwe aanpak. In 2023 luidde de conclusie van BIT dat de voortgang minimaal was. DUO kreeg het advies radicaal te stoppen met de toen gekozen opzet. In augustus 2024 werd eindelijk besloten afscheid genomen van eerdere technologieën zoals Blueriq.  Ondanks herhaalde waarschuwingen van AcICT en diens voorganger BIT had DUO heel lang vastgehouden aan Blueriq; een strategische fout waardoor vertraging en kosten opliepen. AcICT achtte dit platform van TSS ongeschikt voor de modernisering van de systemen ter bekostiging van het onderwijs. Na veel dralen en vervanging van twee directieleden die de adviezen van AcICT in de wind sloegen, koos DUO voor nieuwbouw met Java als programmeertaal. ALEF (Agile Law Execution Factory van de Belastingdienst) werd gebruikt om berekeningen en regels voor bekostiging van onderwijsinstellingen te automatiseren en te standaardiseren. Veel vertraging Afgelopen juni werd ook de heroriëntatie op de aanpak met veel vertraging afgerond. DUO koos voor een nieuwe aanpak met een stapsgewijze vervanging, aandacht voor continuïteit, het sturen op mijlpalen als onderdeel van regulier lifecycle-management en een andere technologie.  Deze week concludeert het Adviescollege dat de aanpak fors is verbeterd en tot een beheersbaarder traject leidt. De succesvolle uitvoering van de nieuwe aanpak is nog wel kwetsbaar: beheersing van de realisatie staat onder druk doordat de nieuwe werkwijze nog moet worden ingebed in de organisatie.  In ieder geval zijn de volgende stappen nodig: Zorg dat op de sleutelposities die nu door externe krachten worden ingevuld interne medewerkers komen. Die interne medewerkers moeten voldoende zijn toegerust met inhoudelijke deskundigheid en over voldoende kritisch vermogen beschikken. Verbeter de risicobeheersing op portfolio- en projectniveau; zorg dat tijdslijnen bekend zijn zodat er gestuurd kan worden op de tijdigheid en de kwaliteit van de op te leveren producten.  Zorg bovendien dat risico’s en gekozen maatregelen specifiek gemaakt worden, zodat er beter inzicht is in de daadwerkelijke risico’s en de uitvoering van maatregelen.  Een ander zwak punt is het architectuurproces. De onderhoudbaarheid van het toekomstig landschap wordt bemoeilijkt door een gebrekkige opzet daarvan. Een passende architectuur biedt structuur en is de drager van systeemkwaliteiten als schaalbaarheid, aanpasbaarheid en beveiliging. Het proces om tot die architectuur te komen moet daarom worden verbeterd.  Aanbevelingen Het Adviescollege beveelt de volgende stappen aan:  Verbeter de beschrijving van de huidige en beoogde werking van het landschap als geheel. Beschrijf ook hoe het landschap eruit zou moeten zien bij het bereiken van belangrijke mijlpalen uit het portfolio.  Organiseer voldoende tegengeluid en bevraag elkaar op de eisen en de oplossingen. Beslis samen wat de simpelste oplossing is en definieer op basis daarvan een minimale versie waarmee valt te testen of het idee levensvatbaar is. Bepaal vervolgens mogelijk toekomstige groeipaden.  Zorg dat discussies over belangrijke architectuurkeuzes voldoende op inhoud gevoerd kunnen worden en dat de impact op de applicatieontwikkeling, onderhoudbaarheid en functionaliteit daarbij goed afgewogen wordt.  Breng, als er geen overeenstemming is over de strijdige standpunten, de discussie op directieniveau.  Draai de risicovolle keuze om een eigen generator te bouwen terug.  Start met het gebruik van de ALEF-generator van de Belastingdienst. ALEF is een rekenservice die wetten en beleidsregels omzet naar uitvoerbare code.  Maak afspraken over ondersteuning en productontwikkeling van het ontwikkelhulpmiddel ALEF met de Belastingdienst.  Overweeg verschillende alternatieven als standaardgebruik van ALEF niet mogelijk blijkt.  Overweeg doorontwikkeling of uitbreiding van de generator pas wanneer voldoende ervaring is opgebouwd met het inpassen van ALEF, om bijvoorbeeld terugkerend handmatig en/of risicovol werk te voorkomen.  Versimpel de architectuur van DAM voordat de eerste diensten aansluiten; zorg voor een eenduidige koppeling naar aansluitende applicaties. Stel zaakgericht werken uit totdat duidelijk is of – en hoe – de deelprocessen van Bekostiging dit willen inzetten.  AcICT heeft altijd benadrukt dat de echte bottleneck bij DUO niet de technologie, maar de organisatiecultuur is. Aanvankelijk dacht DUO deze klus waarmee in 2021 was begonnen in 2,5 jaar te kunnen klaren. Inmiddels geldt als einddatum 2032. 
Fortino Capital haalt investeringsfonds van 700 miljoen op
1 week
Fortino Capital, een Belgische investeringsmaatschappij die zich richt op zakelijke softwareoplossingen, sluit zijn derde private-equityfonds (PE III) met een kapitaal van zevenhonderd miljoen euro. Het fonds overschrijdt het oorspronkelijke doel van zeshonderd miljoen euro en is ruim 85 procent groter in fondsomvang dan zijn voorganger. Fortino Capital is sinds enkele jaren actief op de Benelux-markt. De investeringsmaatschappij zegt er sindsdien in te zijn geslaagd om zijn investeerdersbasis te verbreden. De nieuwe kapitaalronde trok een brede groep institutionele investeerders uit Europa en Noord-Amerika, waaronder banken, consultants, universiteitsfondsen, family offices, pensioenfondsen en overheidsfondsen. Met het fonds PE III blijft Fortino Capital investeren in bedrijven die ‘mission-critical’ zakelijke software oplossingen aanbieden in Europa, met een focus op de Benelux en Duitsland.   Eerdere private equity-fondsen van Fortino Capital investeerden onder meer in bedrijven zoals Nétive VMS (NL), Tenzinger (NL), SpeakUp (NL), Cenosco (NL), Maxxton (NL), InTouch (BE), VanRoey (BE), Bizzmine (BE), MobileXpense (BE), Efficy CRM (BE), Stardekk (BE), Bonitasoft (FR), Symbio (DUI), Simcon (DUI). Fortino Capital, opgericht in 2013, is een Europese software-investeerder, actief in zowel venture capital (startups) als private equity. Het team bestaat uit 35 professionals, werkzaam vanuit kantoren in Antwerpen, Amsterdam en München. Oprichters zijn de oud-Telenet-bestuurders Duco Sickinghe (NL) en Renaat Berckmoes (BE).

Pagina's

Abonneren op computable