Interview | Emmanuel Raptopoulos (chief revenue officer SAP)
Wendbaarheid, artificiële intelligentie (ai) en digitale soevereiniteit. Het zijn thema’s die nadrukkelijk op de bestuursagenda staan. Tijdens een bezoek aan Nederland spreekt Emmanuel Raptopoulos, chief revenue officer APAC, EMEA & MEE bij SAP, met Computable over de rol van ai in het bedrijfsleven, de betekenis van wendbaarheid in onzekere tijden en de in Europa luider klinkende roep om digitale soevereiniteit. ‘De vraag is niet óf bedrijven stappen zetten, maar hoe snel en doordacht ze dat kunnen doen.’
Onzekerheid staat centraal in de huidige economische en geopolitieke situatie, zeker binnen Europa, aldus Raptopoulos. Volgens hem beseffen veel organisaties dat verandering nodig is, maar de onrustige omstandigheden maken het lastig om knopen door te hakken. Dat vertraagt besluitvorming. In die context ziet SAP een rol voor zichzelf weggelegd als technologiepartner. Met de intentie om bedrijven te helpen bij het optimaliseren van hun processen en meer grip te krijgen op wat komen gaat. Ai-toepassingen zijn hierbij cruciaal.
De nadruk is volgens Raptopoulos verschoven: waar het eerder om resilience ging, draait het nu om agility. Hij licht toe: ‘Bedrijven moeten sneller kunnen inspelen op disrupties in toeleveringsketens of geopolitieke ontwikkelingen. Snelheid in besluitvorming is hierbij cruciaal.’ Hij noemt als voorbeeld een klant uit de Duitse auto-industrie die zijn planningscyclus dankzij het gebruik van ai wist terug te brengen van vier dagen naar vijftien minuten. ‘Zulke aanpassingen maken het mogelijk om productie- en leveringsstrategieën razendsnel bij te sturen.’
Sterk uiteen
De manier waarop bedrijven ai inzetten, loopt sterk uiteen. Sommige organisaties werken met traditionele voorspellende algoritmes, andere experimenteren met generatieve ai (gen-ai). In vrijwel alle gevallen is het doel hetzelfde: processen efficiënter maken en handmatig werk verminderen.
Emmanuel Raptopoulos.
Volgens Raptopoulos bereikt het onderwerp inmiddels het bestuursniveau. ‘Vrijwel elke organisatie die we spreken, heeft tegenwoordig een ai-gerelateerde vraag’, zegt hij. De meeste belangstelling gaat uit naar toepassingen voor taakautomatisering. SAP ziet dat ruim 34.000 klanten actief gebruikmaken van zulke oplossingen.
Een voorbeeld is het automatisch afhandelen van terugkerende klantvragen. Zo kan SAP’s digitale assistent Joule e-mails analyseren, bijbehorende documenten ophalen en proactief een voorstel doen voor de oplossing – allemaal binnen dezelfde interface.
Om dat soort toepassingen toegankelijker te maken, wil SAP in 2025 beschikken over vierhonderd standaardoplossingen, toegespitst op functies als cfo, chro en cio.
Garbage
Voor effectieve ai-toepassingen is het beschikken over goede data essentieel. ‘Het adagium ‘garbage in, garbage out’ gaat nog altijd op.’ SAP speelt hierop in met zogeheten knowledge graphs, die de semantiek ofwel de context van data behouden. Door hun data, inclusief deze semantische laag, te combineren met externe databronnen, halen bedrijven meer waarde uit zowel gestructureerde als ongestructureerde data.
Daarbij kiest SAP voor een federatieve benadering. In plaats van het fysiek verplaatsen van data, stimuleren zij informatie dusdanig te publiceren en beschrijven, dat deze bruikbaar is voor analyses. Het mag daarbij niet uitmaken waar die data zich bevinden.
Raptopoulos legt het accent daarbij op een federatieve benadering. In plaats van data fysiek te verplaatsen, wordt informatie op zo’n manier gepubliceerd en beschreven dat deze direct bruikbaar is voor analyses. Het maakt daarbij niet uit of de data afkomstig is uit SAP of andere bronnen. Dit principe vormt ook de basis voor industriebrede initiatieven zoals Manufacturing-X. Die stap richt zich op veilige en gestandaardiseerde datadeling binnen industriële supplychains. Ook SAP’s Business Data Cloud sluit hierbij aan. Het gaat hierbij om een dataplatform dat samen met Databricks is ontwikkeld om data uit verschillende bronnen toegankelijk en bruikbaar te maken.
Tekort
Een veelgehoorde belemmering bij de inzet van ai is het tekort aan ai-specialisten. SAP probeert dat tekort te verkleinen door samen te werken met universiteiten, door het aanbieden van low-code- en no-codeoplossingen, en door bestaande kennis eenvoudiger beschikbaar te maken. Een voorbeeld is Joule for Consulting. Deze op gen-ai gebaseerde tool bundelt SAP-handleidingen, klantcases en oplossingsscenario’s. Daarmee kunnen partners en klanten sneller en efficiënter implementaties uitvoeren doordat veel kennis op een gemakkelijke wijze toegankelijk wordt gemaakt.
Daarnaast ontwikkelt SAP leertrajecten waarmee klanten en partners hun kennis van SAP-technologie kunnen uitbreiden of verdiepen. Die trajecten zijn niet alleen bedoeld voor it-professionals, maar juist ook voor mensen zonder technische achtergrond die wel met data willen werken. ‘We proberen een aanpak te bieden waarbij niet alleen ai-experts, maar ook zogeheten citizen data scientists zelfstandig aan de slag kunnen’, zegt Raptopoulos.
Toenemende roep
Een ander onderwerp dat nadrukkelijk ter sprake komt, is de toenemende roep om digitale soevereiniteit binnen Europa. In veel landen groeit de zorg over de afhankelijkheid van Amerikaanse hyperscalers. Raptopoulos benadrukt dat SAP hierin bewust kiest voor een open ecosysteem, waarbij organisaties zelf bepalen waar en hoe ze hun data en applicaties draaien. Dat kan via alle grote cloudplatforms, maar ook via SAP’s eigen Converged Cloud. ‘We hanteren een open strategie: de klant houdt de regie en maakt keuzes op basis van risico’s, regelgeving en continuïteit.’
Voor organisaties in gereguleerde sectoren en overheden ontwikkelt SAP daarnaast specifieke soevereine cloudoplossingen. In landen als het Verenigd Koninkrijk, Frankrijk en Duitsland zijn deze al uitgerold of in ontwikkeling. Klanten hebben hierbij de mogelijkheid om bij calamiteiten zelf de controle over te nemen over hun data. ‘Maar het opbouwen van zulke alternatieven kost tijd en geld’, zegt Raptopoulos.
Toch ziet Raptopoulos wel degelijk een blijvende trend richting meer regionale keuzes. Daarom is SAP ook betrokken bij Europese innovatietrajecten gericht op opensource en datasoevereiniteit, zoals de Important Projects of Common European Interest (IPCEI). ‘Het is belangrijk om scenario’s voor te bereiden waarin Europese autonomie cruciaal is, maar marktwerking leidt uiteindelijk tot een evenwichtige uitkomst.’
Raptopoulos geeft tot slot duidelijk aan dat SAP zich in deze onzekere tijden eerst en vooral positioneert als facilitator van wendbaarheid, technologische integratie en digitale autonomie. Voor hem is het duidelijk dat het vermogen van bedrijven en overheden om data, processen en mensen te verbinden meer dan ooit essentieel is.