computable

127 nieuwsberichten gevonden
Van edge naar enterprise: hoe Nederland toekomst van ai vormgeeft
4 weken
BLOG – Nederland staat internationaal bekend als koploper in de toepassing van artificial intelligence (ai) en de ontwikkeling van maatwerksoftware. Dankzij een sterk ecosysteem van innovatieve startups, vooruitstrevende it-partners en een overheid die digitale innovatie stimuleert, is ons land uitgegroeid tot een strategische pionier in de opmars van ai en de inrichting van een nieuwe generatie bedrijfstechnologie. De focus op ai-cloudoplossingen, gegevenssoevereiniteit en startup-gedreven innovatie sluit naadloos aan bij de wereldwijde it-trends en versterkt onze positie als gidsland voor digitale transformatie. In aanloop naar 2025 zien we een duidelijke verschuiving: traditionele cloudmodellen maken plaats voor gedecentraliseerde, schaalbare en innovatievriendelijke infrastructuren. Nergens is deze technologische toekomst tastbaarder dan in Nederland. Wat maakt dat de Nederlandse markt een unieke proeftuin vormt voor ai-implementaties en hoe kunnen internationale bedrijven hier leren, testen en opschalen? Het doorbreken van muren en het voeden van Nederlandse innovatie Als we stellen dat ‘cloudinnovatie zal sterven tenzij muren worden doorbroken’, is dat geen kritiek, maar een oproep voor opkomende ai-ecosystemen. In Nederland is er een sterke drang van de overheid naar ethische en soevereine ai, ondersteund door initiatieven zoals NL AIC en de EU AI Act. Dit weerspiegelt onze diepgewortelde wens om vendor lock-in te voorkomen en lokale oplossingen mogelijk te maken. De behoefte aan onafhankelijkheid komt overeen met onze verwachting dat organisaties in 2025 kiezen voor op maat gemaakte ai-toepassingen en een verschuiving naar open ecosystemen. De levendige Nederlandse mkb en innovatiecultuur kan flink profiteren van deze democratisering van cloud en ai. Soevereine cloud als randvoorwaarde De verwachting dat 2025 een duidelijke verschuiving richting soevereine en private cloudomgevingen zal laten zien, lijkt vooral relevant voor de Nederlands context. Binnen de landsgrenzen is er sprake van strikte eisen rondom dataopslag, naleving van GDPR en transparante governance. Dat stelt hoge eisen aan de onderliggende infrastructuur, want die moet flexibel, veilig en vendor-onafhankelijk zijn. Gedecentraliseerde cloudmodellen bieden hier uitkomst, onder meer door hun mogelijkheid tot snelle implementatie, schaalbaarheid zonder concessie aan privacy en een infrastructuur die eenvoudig aansluit op sectoren als overheid, financiële dienstverlening, gezondheidszorg en logistiek – allemaal geïdentificeerd als ai-sectoren met veel kansen op de Nederlandse markt. The Dutch Edge: Agentic ai en software op maat Agentic ai zal verschuiven van experiment naar noodzaak. Binnen Nederland zijn al diverse toepassingen zichtbaar, zoals edge-implementaties voor onder andere routeoptimalisatie of voorspellende zorgdiagnostiek. Tegelijkertijd groeit de vraag naar maatwerksoftware, verrijkt met ai-functionaliteit als nlp, analytics en automatisering. Deze toepassingen vragen om compacte, speciaal getrainde ai-modellen (llm’s) die kunnen draaien op een schaalbare, edge-ready cloudinfrastructuur. Door ontwikkelaars toegang te geven tot zulke technologie – zonder afhankelijkheid van hyperscalers – ontstaat ruimte voor een ai-economie waarin controle, snelheid en lokale relevantie centraal staan. Siliciumdiversiteit, low-code-versnelling en duurzaamheid Een andere technologische verschuiving betreft het groeiende belang van siliciumdiversiteit. Naar verwachting zullen ai-workloads in 2025 grotendeels worden afgestemd op gespecialiseerde gpu’s en silicium afgestemd op specifieke behoeften. In Nederland zien we al concrete toepassingen binnen fintech en zorg, waar geavanceerde infrastructuur nodig is voor veeleisende software en ai-workloads. Daarnaast zorgen low-/no-code-platforms in Nederland voor meer inclusieve softwareontwikkeling, waardoor het mkb en startups sneller dan ooit prototypes van ai-gestuurde apps kunnen maken. Die versnelling valt samen met een groeiende aandacht voor duurzame softwareontwikkeling – een trend die steeds vaker wordt meegenomen in afwegingen rondom it-architectuur en schaalbaarheid. Daarmee ontstaat een fundament voor technologische groei waarin efficiëntie en ethiek hand in hand gaan. De onderneming herbouwen: ai-kern De laatste en misschien ingrijpendste verschuiving is de herinrichting van organisaties rond generatieve en agentic ai. In Nederland is deze transformatie al zichtbaar in sectoren als het onderwijs en de publieke sector, waar ai zowel de dienstverlening als de interne workflows stroomlijnt. Naarmate bedrijven zich herstructureren rond ai, groeit de behoefte aan een infrastructuur die composable, kostenefficiënt en soeverein is. Niet alleen de beschikbaarheid van technologie speelt hierin een rol, maar ook de mate waarin open innovatie wordt gefaciliteerd. Een omgeving die lokale ontwikkelaars, startups en bedrijven ondersteunt bij het bouwen, testen en opschalen van ai-oplossingen, wordt steeds crucialer in dit nieuwe tijdperk. Nederland is er klaar voor De ontwikkeling van ai vereist een technologische infrastructuur die open, flexibel en soeverein is ingericht. Nederland beschikt over een sterke uitgangspositie, met een duidelijke ai-strategie, een innovatief mkb-klimaat en een toenemende focus op duurzame en inclusieve softwareontwikkeling. Dit maakt het land niet alleen klaar voor het ai-tijdperk, maar positioneert het ook als actieve vormgever ervan. Door barrières te verlagen en ruimte te creëren voor experiment en maatwerk, wordt een fundament gelegd voor een toekomst waarin technologische vernieuwing breed gedragen en toegankelijk blijft. Kevin Cochrane, cmo Vultr 
Twee miljard voor Intel en phishing-terreur ShinyHunters wordt ‘veel, veel erger’ (en meer)
4 weken
Ict-salarissen stijgen, social-engineeringcampagne via Salesforces wordt nog ‘veel, veel erger’, SoftBank investeert twee miljard in Intel en Main Capital breidt uit in Scandinavië. Dat zijn de onderwerpen van dit nieuwsoverzicht. Ict-salarissen flink gegroeid De afgelopen tien jaar zijn de lonen in de ict flink gestegen, blijkt uit cijfers van het CBS, volgens Cvster. ‘Het uurloon van veel ict’ers ligt duidelijk boven het landelijk gemiddelde. Netwerkspecialisten en softwareontwikkelaars verdienen ruim 34 euro per uur, wat hen in de hogere middenmoot van alle beroepsgroepen plaatst. ‘Databank- en netwerkspecialisten zagen hun uurloon tussen 2014 en 2024 toenemen met 9,90 euro tot 34,10 euro per uur, een stijging van 41 procent. Software- en applicatieontwikkelaars gingen er 32 procent op vooruit en verdienen nu gemiddeld 34,80 euro per uur. Het loon van helpdeskmedewerkers steeg met 33 procent toenemen tot 24,80 euro per uur. Workday ook slachtoffer van Salesforce ‘hack’ Ook Workday is het doelwit geweest van de Salesforce-hack, zo meldt Salesforce Ben. ‘Hoewel Salesforce niet expliciet werd genoemd in de post, komt het te midden van een golf van aanvallen op klanten van de cloudgigant. Chanel, Qantas, Adidas en Victoria’s Secret behoren tot de bedrijven die naar verluidt te maken hebben met social-engineering-aanvallen. Workday meldde dat werknemers via sms of telefoon waren benaderd door criminelen die zich voordeden als medewerkers van hr of it, om hun accounttoegang of hun persoonlijke gegevens te verstrekken. Phishingterreur ShinyHunters wordt nog ‘veel, veel erger’ In de groeiende lijst van slachtoffers van de social-engineeringcampagne die de Salesforce-hack wordt genoemd, staat ook Allianz. Een ander groot doelwit, Google, onthulde eerder in een blogpost dat ShinyHunters waarschijnlijk de daders zijn. Deze groep staat ook bekend als UNC6240. ‘Als biljoenairs zoals Google ons niet kunnen stoppen, dan zijn miljardairs niets. Wetshandhaving heeft ook niet zulke financiering of enorme budgetten. Ze zullen ons over een maand of twee vergeten zijn als we klaar zijn. Dan komen we terug en lanceren we weer een geavanceerde campagne van enkele maanden tot een jaar. De volgende keer wordt het veel, veel erger,’ reageerde ShinyHunters in een interview. SoftBank investeert 2 miljard in Intel Softbank gaat twee miljard dollar investeren in Intel. Het bedrijf zal dat bedrag in aandelen besteden. Volgens de voorwaarden van de overeenkomst betaalt SoftBank 23 dollar per (gewone) aandeel van Intel. De transactie is onderworpen aan de gebruikelijke sluitingsvoorwaarden. ‘De investering van SoftBank in Intel bouwt voort op de langetermijnvisie om de ai-revolutie mogelijk te maken door de toegang tot geavanceerde technologieën die digitale transformatie, cloudcomputing en infrastructuur van de volgende generatie ondersteunen, te versnellen’, zo zeggen beide. Main Capital breidt uit in Scandinavië Main Capital Partners heeft via de Deense dochter Unik System Design het Zweedse LEB System ingelijfd. De nieuwe aanwinst biedt een ‘modulaire platformoplossing voor vastgoed- en facilitair beheer, toegespitst op de behoeften van publieke en private vastgoedeigenaren en vastgoedbeheerders’. De overname is de eerste acquisitie van de Deense onderneming sinds zij eind 2023 onder de hoede van de Nederlandse investeerder kwam. Main Capital Partners heeft nu bijna vijftig softwarebedrijven in de portefeuille. Bij Unik System Design werken tweehonderd, bij LEB System dertig personen.
Kamervragen over medische ‘deskilling’ door ai 
4 weken
De vrees neemt toe dat artsen die leunen op artificial intelligence (ai) op den duur minder scherp worden en ziektes minder goed herkennen. De SP-kamerleden Jimmy Dijk en Sarah Dobbe willen dat minister Daniëlle Jansen (Volksgezondheid, Welzijn en Sport) maatregelen gaat nemen. De Kamerleden vragen de minister stappen te zetten om te voorkomen dat het toenemende gebruik van ai in de Nederlandse zorg zal leiden tot minder vaardigheden van zorgprofessionals. In ieder geval moet worden gekeken naar eventuele ongewenste bijeffecten. Ook willen ze weten hoe dit vermoedelijke ‘deskilling’-effect zich verhoudt tot de inzet van VWS op het stimuleren van ai in de zorg.  Detectie van poliepen Aanleiding tot hun ongerustheid zijn de resultaten van een onderzoek die onlangs zijn gepubliceerd in het vakblad The Lancet Gastroenterology & Hepatology. Voor die studie werd het werk gevolgd van 19 zeer ervaren artsen die in vier Poolse centra coloscopieën uitvoeren. Ter preventie van darmkanker bekijkt een arts de binnenkant van de darmen met een camera op zoek naar gezwellen. Talrijke onderzoeken hebben aangetoond dat  ai de detectie van deze poliepen verbetert. Desondanks werden al langer kritische noten geplaatst achter deze werkwijze. De vrees dat voortdurend gebruik van ai de vaardigheden van betrokken medisch specialisten aantast, blijkt nu wetenschappelijk te zijn bewezen.  Bevolkingsonderzoek borstkanker Dit roept de vraag op of ai ook bij andere medische taken een negatief effect kan hebben. De auteur van het onderzoek noemt de resultaten zorgwekkend, aangezien de adoptie van ai in de geneeskunde zich snel verspreidt. Verdere studies zijn nodig, onder meer naar de effecten op minder ervaren specialisten. Beide SP-kamerleden vragen het ministerie ook of de inzet van ai bij bevolkingsonderzoek naar borstkanker eveneens kan leiden tot een afname van vaardigheden. Anderzijds kunnen bij de inzet van ai in combinatie met een radioloog meer vrouwen vaker worden onderzocht. Nu is het standaardpraktijk dat twee radiologen die scans beoordelen. Maar uit onderzoek van Radboudumc blijkt dat ai in de plaats van één van die twee kan komen. Dat vergroot de kans dat tumoren worden opgespoord, terwijl dit ook eerder gebeurt. 
Ai maakt populaire programmeertalen nog populairder
4 weken
De opkomst van ai-gebaseerde programmeerassistenten hervormt fundamenteel het landschap van softwareontwikkeling. Zo versterkt het de dominantie van reeds populaire programmeertalen. Lijstaanvoerder Python mag zich, onder invloed van tools zoals GitHub Copilot, Google Gemini Code Assist en Amazon Q Developer, in een ongekende belangstelling verheugen. Volgens de laatste Tiobe-index van de populairste programmeertalen (augustus 2025) scoort Python een rating van 26,14 procent, een niveau dat nog nooit eerder werd bereikt sinds de index in 2001 werd gelanceerd.Paul Jansen, ceo van Tiobe, ziet een verband met de doorbraak van ai-assistenten in de development-wereld. ‘We dachten dat Python niet verder kon groeien, maar ai-code-assistenten laten Python toch nog een stap vooruitzetten’, aldus de topman. De reden achter deze trend ligt in de werking van de ai-systemen zelf. Recent onderzoek van Stanford University, uitgevoerd door Yegor Denisov-Blanch, toont aan dat ai-programmeerassistenten zoals Microsoft Copilot, Cursor en Google Gemini Code Assist maar liefst twintig procent effectiever zijn wanneer ze gebruikt worden voor populaire programmeertalen. ‘De verklaring is logisch’, oppert Jansen. ‘Er is simpelweg meer code beschikbaar van deze talen om de onderliggende ai-modellen mee te trainen.’ Deze ontwikkeling heeft verstrekkende gevolgen voor de keuzes die ontwikkelaars maken. Jansen observeert een duidelijke consolidatie aan de top van de Tiobe-ranglijst. ‘Want waarom zou je beginnen met het leren van een nieuwe, obscure taal waarvoor geen ai-ondersteuning beschikbaar is? Dit is de moderne manier om te zeggen dat je geen nieuwe taal wilt leren die nauwelijks gedocumenteerd is of te weinig libraries bevat die je kunnen helpen.’ Verschuiving Voor de software-industrie betekent deze ontwikkeling een fundamentele verschuiving in hoe programmeervaardigheden worden ontwikkeld en toegepast. Ontwikkelaars die kiezen voor mainstream-talen krijgen niet alleen toegang tot uitgebreidere documentatie en community-support, maar ook tot ai-assistenten die hun productiviteit aanzienlijk kunnen verhogen.Deze spiraal van succes versterkt de positie van reeds dominante talen en maakt het voor nieuwe of nicheprogrammeertalen lastig om voet aan de grond te krijgen in een markt waar ai-ondersteuning steeds meer een vereiste wordt. Top Tien van de Tiobe-index (augustus 2025)1. Python (26.14%)2. C++ (9.18%)3. C (9.03%)4. Java (8.59%)5. C# (5.52%)6. JavaScript (3.15%)7. Visual Basic (2.33%)8. Go (2.11%)9. Perl (2.08%)10. Delphi/Pascal (1.82%) De huidige top vijf van de index illustreert de consolidatie met Python, C++, C, Java en C#. Samen controleren deze vijf talen meer dan de helft van de markt, een concentratie die alleen maar toeneemt.
Van opensource naar ‘open washing’: waarom bedrijven nu misbruik maken van vertrouwen in licenties
4 weken
OPINIE – Opensource is gebouwd op vertrouwen: wie de broncode deelt onder een OSI-goedgekeurde licentie, geeft gebruikers het recht om die code vrij te gebruiken, aan te passen en te herdistribueren. Maar dat vertrouwen wordt nu opgerekt – of liever: misbruikt. Grote namen als Meta presenteren hun artificiële intelligence (ai)-modellen als ‘opensource’, terwijl restrictieve clausules commercieel gebruik onmogelijk maken. Dit ‘open washing’ misleidt bedrijven, verstoort marktwerking en ondermijnt vijfentwintig jaar opgebouwde zekerheid rond eigenaarschap in software. Hoog tijd dat ontwikkelaars én beslissers scherper naar licenties kijken en de term ‘opensource’ terugclaimen voordat hij zijn waarde verliest. De renaissance van opensource en de sluiproute van restrictieve licenties Opensource leeft weer. Niet alleen ontwikkelaars, maar ook beslissers zonder programmeerachtergrond praten tegenwoordig over llm-gewichten en permissieve licenties. Die hernieuwde belangstelling heeft echter een keerzijde: enkele van de meest zichtbare ‘open’ ai-projecten hebben voorwaarden die allerminst open zijn. Meta zette de toon toen Mark Zuckerberg de Llama-modellen in 2023 presenteerde als ‘opensource-ai’. De bijbehorende licentie sluit commerciële herdistributie echter uit: een directe schending van het ‘Open Source Definition‘-criterium ‘vrije herdistributie’. De Open Source Initiative (OSI) corrigeerde Meta publiekelijk; Llama 3 is nog steeds ‘geen opensource in welke betekenis dan ook‘. Toch inspireerde de campagne van Meta andere bedrijven om de term te kapen. Van kleine startups tot gevestigde namen die hun model ‘source-available’ noemen, maar wél restricties opleggen aan concurrentie of cloud-distributie. Eigent: Britse multi-agent hype met een eigen ‘open-source-plus’ licentie Een voorbeeld dichter bij huis (nou ja: aan de overkant van het Kanaal) is Eigent, een VK-gebaseerde startup die een ‘multi-agent workforce’ op GitHub onderhoudt. In de README pronkt een ‘Eigent Open Source License‘, formeel gebaseerd op Apache 2.0 maar met extra voorwaarden die commerciële saas-exploitatie beperken. Dankzij dergelijke clausules blijft de broncode zichtbaar en verifieerbaar, maar de vrijheid om het project integraal in te bouwen in closed-source-producten ontbreekt. Daarmee belandt Eigent in dezelfde categorie als Llama: bron inzichtelijk, maar niet vrij in OSI-zin. Ofwel, de source is open, maar het is geen opensource. Dat is op zichzelf geen doodzonde; bedrijven mogen een eigen licensing-strategie kiezen. Het probleem ontstaat wanneer marketing die nuance negeert en het project tóch als ‘opensource’ bestempelt. Dan schendt men niet alleen de community-normen, maar creëert men ook juridische risico’s voor integrators die de kleine lettertjes missen. Copyleft als tegenwicht Ironisch genoeg maakt deze wildgroei aan ‘open-washing’ dat klassieke copyleft-licenties, de GPL-familie, weer aantrekkelijk worden. Waar permissieve licenties (MIT, Apache 2.0) vooral vrijheid maximaliseren, dwingen copyleft-licenties reciprociteit af: iedereen mag jouw code gebruiken, ook commercieel, mits verbeteringen mee terugstromen. Wie binaries zonder bron uitdeelt, moet een schriftelijk aanbod voor de bron meeleveren en latere wederverkopers verplichten hetzelfde te doen. Ja, dat is een ‘commerciële restrictie’ in die zin dat je proprietary forks nauwelijks kunt verbergen. Maar het is een restrictie die vooraf duidelijk is, voor iedereen geldt en niet discrimineert op bedrijfsmodel. Dat onderscheidt copyleft fundamenteel van Llama-achtige ‘non-commercial’ clausules die wél selectief zijn en daarom niet door de OSI worden goedgekeurd. Waarom steeds meer bedrijven tóch voor source-available kiezen Juridisch adviseurs signaleren een breed verschuivende licensing-trend: van opensource naar ‘source-available’ om investeerders meer grip te geven op ip en data-exclusiviteit. Vooral ai-bedrijven vrezen dat concurrenten met een simpele fork én goedkope gpu-tijd hun marktplannen ondermijnen. De reflex is begrijpelijk, maar het gevolg is een grijs gebied waarin termen als ‘community edition’, ‘ethical opensource’ en ‘commercial-friendly license’ rondzingen zonder uniforme definitie. Wat betekent dit voor Nederlandse cio’s en ontwikkelteams? Lees de licentie, niet de persberichten. Vertrouw nooit op het label ‘opensource’ zonder de clausules te controleren . Zeker bij ai-modellen en agent-frameworks. Check op OSI-goedkeuring. Een OSI-ID garandeert dat de tien OSD-criteria zijn gehaald, inclusief vrije herdistributie en non-discriminatie. Weeg copyleft opnieuw af. De verplichting om aanpassingen terug te geven kan vervelend lijken, maar biedt wél contractuele zekerheid én voorkomt dat u later afhankelijk wordt van een leverancier die de regels bijstelt. Let op downstream-effecten. Integreert u code met een Llama-achtige clausule in uw saas, dan kan dat later onderhandelingen met partners, investeerders of overnemende partijen bemoeilijken. Conclusie: duidelijk taalgebruik herstelt vertrouwen Het opensource-ecosysteem ontleende zijn kracht altijd aan transparantie en eenduidige definities. Nu AI de hype-curve domineert, lijken marketing-afdelingen die spijkerharde spelregels te vergeten. Door copyleft en OSI-goedgekeurde permissieve licenties consequent tegenover ‘source-available’- en ‘proprietary’-oplossingen te blijven zetten, houden we het gesprek zuiver. Computable-lezers hoeven geen jurist te worden, maar wél hun terminologie op orde te hebben. Noem Eigent gerust een interessant Brits agent-experiment, maar label het niet als ‘opensource’ zonder disclaimer. En als u de volgende keer een keynote hoort die Llama een ‘open model’ noemt, vraag dan rustig: ‘Onder welke OSI-licentie dan precies?’ Want echte opensource begint, en eindigt, bij de licentietekst. Bart van Maarseveen is ceo van Outpacr, een Nederlands bedrijf gespecialiseerd in lokaal draaiende ai-stacks op basis van permissieve opensource.  
Computable Awards: kan high-tech ook green-tech zijn?
4 weken
Wat zijn de uitdagingen voor de partijen die meedingen in de categorie Sustainable Tech van de Computable Awards? Hoofdjury-lid Jasper Wognum (BrainCreators) licht dat toe in deze video. Jasper Wognum vertelt in de video hoe moeilijk het is om de balans vinden tussen impact maken op de samenleving én tegelijkertijd businessdoelen te behalen. ‘Het is makkelijk om een verhaal te houden over impact. Maar je eigen duurzame datacenter opzetten als je een ai-bedrijf bent is zeer kostbaar en ook zeer lastig. Uiteindelijk heb je er toch stroom voor nodig. Dus echt grote impact maken is heel moeilijk en daarom kijken we goed naar hoe je die doelstelling combineert met je daadwerkelijke verdienmodel.’ De tien genomineerden in de categorie Sustainable Tech zijn: Allemaal Digitaal Circlewise Trade-In & CO₂ impact portal Context Labs Duurzamer energiebeheer toeleveringsketen (Albert Heijn en Univers) Dynatrace Cost & Carbon Optimization-app Geotab Electric Vehicle Suitability Assessment Salesforce Net Zero Cloud Toekomstbestendige energietransitie (Schiphol en Schneider Electric) Vermindering stroomverbruik (AMS-IX, Juniper en Equinix) Webfleet CO₂-rapport Meer info over deze cases is op deze pagina te vinden. Stemmen Het stemproces voor de Computable Awards 2025 is geopend en loopt tot 5 oktober 2025. Publieksstemming bepaalt voor vijftig procent de winnaar. Breng uw stem hier uit. Ook buigen de betrokken juryleden zich over de genomineerden per categorie, een gemiddeld oordeel dat voor de helft de winnaar bepaalt. Op 18 november worden per categorie de winnaars aangewezen. Dit gaan we doen in De Polar bij Jaarbeurs in Utrecht. Het thema van de avond wordt ‘Rebooting Reality’ waarmee we bij de Computable Awards 2025 speciale aandacht hebben voor de noodzaak om onze digitale wereld opnieuw te doordenken in een tijd waarin geopolitieke spanningen, ai, energiecrises en informatieoorlogen alles op scherp zetten. In een wereld waarin de werkelijkheid steeds minder vanzelfsprekend is, moeten we opnieuw kiezen wat we écht belangrijk vinden. ‘Rebooting Reality’ is een uitnodiging om de digitale samenleving van de toekomst opnieuw op te starten – bewuster, veiliger, menselijker. Partner worden van de Computable Awards 2025?Wilt u partner worden van de Computable Awards 2025, het belangrijkste, jaarlijkse festijn in de Nederlandse ict-markt? Verbind dan uw naam aan dit evenement en woon op op 18 november as de spectaculaire uitreiking bij!
‘To pay or not to pay’ – dat is de grote vraag bij een ransomware-aanval
4 weken
Nooit losgeld betalen na een hack is een nobel streven, maar veel bedrijven hebben hun zaakjes zo slecht op orde dat het vaak de enige optie is. Dat stelt Erik de Jong van cybersecurity-specialist Tesorion. De hack van het lab van Clinical Diagnostics gaat in de papieren lopen. Naast de al betaalde ransom, hebben de hackers laten weten dat de moeder van het lab, het Franse Eurofins, een afspraak zou hebben geschonden. Waarschijnlijk omdat iemand van het lab de aanval bij de politie had gemeld. Nu dreigt de groep de gestolen data aan een geïnteresseerde derde partij te verkopen, tenzij uiterlijk op 28 augustus 11 bitcoin wordt betaald, zo’n één miljoen euro. Het lijkt een moeilijke keuze: moet je na een ransom-aanval, een hack of een lek, nu wel of niet die ransom betalen? Vooral als er mogelijk absurde eisen bij komen kijken, zoals in dit geval de garantie dat niemand binnen de grote organisatie iets erover aan de autoriteiten meldt. Dat kan de slachtoffers voor een onoplosbaar dilemma plaatsen. In Australië is bijvoorbeeld sinds 30 mei een meldingsplicht van zulke betalingen. Daar zou het lab in een onmogelijke spagaat terecht zijn gekomen. ‘Verplicht melden is wel goed om inzicht te krijgen, maar het is niet effectief om het probleem te lossen,’ reageert Erik de Jong, Chief Research Officer bij cybersecurity-specialist Tesorion, tegen Computable. Betalen bewuste keuze ‘Ik snap dat bedrijven die helemaal stilliggen losgeld betalen,’ zei Stan Duijf, Hoofd Operaties van de Eenheid Landelijke Opsporing en Interventies van de Politie, tegen de NRC. ‘Maar wij als politie zeggen altijd: betaal niet.’ Uiteraard moet een bedrijf de beveiliging op orde hebben en – nog belangrijker – zorgen dat een hack of lek geen schade kan veroorzaken aan data en processen. Maar als er ondanks alle vermeende voorzorgen toch wat fout gaat, is er soms geen keuze. ‘Er zijn nog heel veel bedrijven die hun ict-zaken dermate slecht op orde hebben, dat als ze dit overkomt, de enige optie is om te betalen. Of omdat ze anders al hun data kwijt zijn, of omdat het veruit de goedkoopste optie is om snel weer verder te kunnen gaan,’ stelt De Jong. ‘In principe wil je natuurlijk nooit dat iemand een crimineel betaalt, want elke euro die naar een crimineel gaat, gaat fout besteed worden. De realiteit is alleen dat sommige bedrijven gewoon over de kop gaan, als ze niet zouden mogen betalen.’

Pagina's

Abonneren op computable