Alphabet, het moederbedrijf van Google, heeft donderdag de omzetverwachtingen voor het afgelopen kwartaal overtroffen. Dit was vooral te danken aan de aanhoudende groei van de digitale advertentietak, die de tragere ontwikkeling van de cloudactiviteiten wist te compenseren.
Hoewel het handelsbeleid van de Amerikaanse president Donald Trump zorgen heeft doen ontstaan over een mogelijke economische neergang — waardoor bedrijven terughoudender worden met advertentie-uitgaven — bleef de digitale advertentiemarkt in het eerste kwartaal veerkrachtig, aldus analisten.
De advertentie-inkomsten van Google, goed voor zo’n 75 procent van de totale omzet, stegen met 8,5 procent tot 66,89 miljard dollar. Dat is weliswaar een vertraging ten opzichte van de 10,6 procent groei in het voorgaande kwartaal, maar nog altijd beter dan de verwachte stijging van 7,7 procent (pdf).
De clouddivisie van Google noteerde een omzetgroei van 28 procent, tot 12,26 miljard dollar. Dat is iets lager dan de 30,1 procent groei in het voorgaande kwartaal en net onder de analistenverwachting van 12,27 miljard.
In totaal boekte Alphabet een omzet van 90,23 miljard in het eerste kwartaal, terwijl analisten gemiddeld uitgingen van 89,12 miljard. De nettowinst bedroeg 34,5 miljard dollar.
Google ligt opnieuw zwaar onder vuur van Amerikaanse autoriteiten. Een federale rechter heeftrecentelijk geoordeeld dat het techbedrijf jarenlang zijn dominante positie op de online advertentiemarkt illegaal heeft misbruikt. De uitspraak zou grote gevolgen kunnen hebben voor het digitale ecosysteem zoals we dat nu kennen.
Tegelijkertijd is deze week een nieuwe rechtszaak tegen Google begonnen, die specifiek gericht is op het beëindigen van het vermeende machtsmisbruik binnen de zoekmachinemarkt. Deze zaak volgt op een eerdere uitspraak uit augustus, waarin de rechter vaststelde dat Google zijn positie als dominante zoekmachine oneerlijk heeft versterkt.
Google betaalde jarenlang miljarden dollars aan bedrijven zoals Apple om de standaard zoekmachine te blijven op apparaten zoals iPhones en Android-smartphones. Via deze contracten, aldus de rechter, kregen concurrenten nauwelijks kans om voet aan de grond te krijgen.
Zo is Google de standaardzoekmachine in Apple’s Safari-browser. In ruil daarvoor ontving Apple een deel van de advertentie-inkomsten. Ook fabrikanten van Android-telefoons moesten de Google-zoekmachine, Chrome-browser én een vaste Google-zoekbalk op het startscherm voorinstalleren om gebruik te mogen maken van het Android-besturingssysteem.
Hoewel de contracten concurrenten zoals Samsung en Microsoft technisch gezien niet verboden om hun eigen zoekoplossingen aan te bieden, zorgde de opzet van de afspraken er wel voor dat daar in de praktijk nauwelijks ruimte voor overbleef.
Een van de opvallendste eisen in de nieuwe rechtszaak is dat Google mogelijk afstand moet doen van Chrome. De aanklagers vinden dat het bedrijf niet langer mag profiteren van contracten die ervoor zorgen dat Chrome standaard op Android-telefoons staat. Ook het loskoppelen van Android zelf wordt genoemd als mogelijke maatregel.
Google verzet zich hevig tegen de aantijgingen. Het bedrijf stelt dat consumenten juist gebaat zijn bij de huidige situatie, omdat Google ‘de beste zoekmachine’ zou bieden. Een opsplitsing, zoals het afstaan van Chrome of Android, zou volgens het bedrijf technisch rampzalig zijn, aangezien de diensten sterk met elkaar verweven zijn.