Het aantal faillissementen in de winkelmarkt ligt steeds dichter bij het gemiddelde van de totale economie. De terugloop van lokale winkeliers vormt echter een groeiend risico voor winkelgebieden. Door opkomende winkelketens en transformatie van winkelruimtes verwacht Stec Groep een daling van winkelleegstand. Dit blijkt uit het whitepaper ‘Marktverwachtingen retail 2025-2027: Winkelmarkt wendbaar ondanks faillissementen’ van Stec Groep.
Het aantal winkelfaillissementen ontwikkelt zich naar een gezond niveau waarbij groeiende ketens en faillissementen in balans zijn. Ondanks recente faillissementen van bijvoorbeeld Blokker en Bristol blijft het aantal faillissementen structureel lager dan in de jaren 2010, toen veel grote landelijke ketens failliet gingen.
Het aantal faillissementen ligt steeds meer in lijn met een gemiddelde bedrijfssector door onderliggende oorzaken in de winkelmarkt. Zo stabiliseert het aandeel online bestedingen in steeds meer branches. Bovendien zijn winkelhuren in de afgelopen tien jaar flink gedaald wat kansen biedt voor opening van nieuwe winkels. Ook zijn macro-economische factoren relatief stabiel, zoals meerjarige lage werkloosheid, groei van bevolking en bestedingsniveaus.
Voorheen gingen winkelketens vooral failliet door de snelle opkomst van online winkelen en veranderend consumentengedrag. In de huidige winkelmarkt hebben diverse ketens vooral moeite om relevant te blijven voor de consument. Snel stijgende kosten, noodzaak tot digitalisering, personeelstekorten en de opkomst van discountketens vragen om een aangepast bedrijfsmodel. Het sluiten van slecht renderende locaties gebeurt vaak te traag.
Daarnaast heeft de financiële overheidssteun tijdens de coronapandemie ervoor gezorgd dat ook bedrijven zonder toekomstperspectief overeind bleven. De opgebouwde schuldenlast tijdens de pandemie beperkt de investeringsmogelijkheden van diverse ketens, waardoor investeringen in innovatie, klantbeleving en online integratie achterblijven en de concurrentiekracht afneemt. Bovendien worden faillissementen vaker gebruikt om schulden kwijt te schelden, personeel te ontslaan en een doorstart te maken met minder locaties.
Steeds minder lokale winkeliers openen een winkel. Het aantal stoppers neemt daarnaast de komende jaren toe door vergrijzing en gebrek aan opvolging. De winkeldiversiteit en aantrekkingskracht van winkelgebieden komt daardoor steeds meer onder druk te staan. In de afgelopen vier jaar daalde het aantal startende lokale winkeliers met 40 procent. Naast een veranderend marktperspectief door langjarige krimp van de winkelmarkt ervaren startende ondernemers veel risico’s. De opstart- en inkoopkosten zijn hoog en er zijn langjarige financiële verplichtingen (zoals huur). Externe financieringsmogelijkheden (door bijvoorbeeld banken) zijn er nauwelijks en personeel is schaars.
Stec Groep verwacht een afname van de winkelleegstand in de komende drie jaar. Panden die vrijkomen door faillissementen, zoals die van Blokker en BCC, worden snel opnieuw ingevuld door discountketens zoals KIK, Wibra en Action, of door online spelers zoals Coolblue. De hoge druk op de woning- en bedrijfsruimtemarkt stimuleert de transformatie van lege winkels naar andere functies. Door de afname van het aantal starters komen er geschikte panden vrij voor transformatie. Deze panden bevinden zich vaak in aanloopstraten van centra, zijn doorgaans kleiner en hebben lagere huurprijzen, wat transformatie haalbaar en kansrijk maakt.
Ondanks de verwachte daling van leegstand, ervaren veel winkelgebieden de komende jaren nog steeds aanzienlijke leegstand. Vooral in middelgrote centra is dit een urgent probleem: zeven van de tien centra hebben een grote transformatieopgave, waarbij de leegstand soms boven de 20 procent uitkomt. Ook in stadsdeelcentra, binnensteden en lokale centra heeft transformatie hoge prioriteit. In deze gebieden is het essentieel om winkels te concentreren en leegstaande winkelruimtes om te vormen naar andere functies, om zo de toekomstbestendigheid en aantrekkelijkheid van deze gebieden te vergroten.
Stec Groep adviseert lokale overheden om zorgvuldig af te wegen in welke mate transformatie naar woningen wenselijk is. Hoewel dit vanuit de woningnood gewenst is, dragen ze beperkt bij aan een levendig en economisch sterk centrum. Daarentegen liggen juist kansen om verspreide bedrijven en voorzieningen naar het centrum te verplaatsen zoals consumentgerichte functies op bedrijventerreinen. Op de bedrijventerreinen is namelijk een groot ruimtegebrek en door verplaatsing kan ruimte worden gecreëerd die nodig is voor de energietransitie en transitie naar de circulaire economie.
Door de afnemende vraag naar winkelruimte en toenemende leegstand zijn de winkelhuren in de afgelopen tien jaar gemiddeld met ongeveer 25 procent gedaald. Een uitzondering hierop waren de jaren 2021-2022, waarin de huurprijzen sterk stegen door hoge inflatie als gevolg van de stijgende energiekosten. Sindsdien zijn de huurprijzen voor winkels weer gedaald. Gecorrigeerd voor de relatief hoge inflatie van de afgelopen twee jaar, zijn de huren zelfs met 5 tot 10 procent in prijsniveau gedaald. Uit de meest recente cijfers van 2024 blijkt dat enkel op A-locaties in de zes grootste binnensteden de huurprijzen zijn gestegen.
Faillissementsgraad winkelmarkt en totale economie