Vanuit de digitale sector is positief gereageerd op het advies van oud-ASML-topman Peter Wennink om de Nederlandse economie van nieuwe impulsen te voorzien. Veel voorstellen zijn niet op korte termijn te realiseren. Maar de belemmeringen die economische groei en innovatie afremmen, kunnen en moeten wel snel worden weggenomen.
Wennink onderstreepte tijdens zijn toelichting op het rapport ‘De route naar toekomstige welvaart’ de urgentie waarmee dit moet gebeuren. Nederland heeft alles in huis om de ambities waar te maken, maar wel zijn politieke moed, leiderschap en vertrouwen nodig om het samen te doen. Zo luidt zijn boodschap aan premier Dick Schoof en demissionair minister Vincent Karremans (Economische Zaken) die tot het rapport opdracht hadden gegeven. Wennink: ‘Vertrouwen win je niet met woorden, maar met daden: een woning die er wél komt, een vergunning die wél wordt verleend, een energienet dat wél werkt.
Zeer dringend is volgens de brancheverenigingen NLdigital, DINL (Digitale Infrastructuur Nederland) en Dutch Data Center Association (DDA) het oplossen van knelpunten in de infrastructuur. Vooral de netcongestie moet echt heel snel worden aangepakt, willen veel investeringen komen tot realisatie. Op korte termijn kan de bestaande netcapaciteit beter worden benut, via meer flexibiliteit en prioriteit-allocatie.
NLdigital
Volgens Jochem de Groot, hoofd public affairs en beleid bij NLdigital, is meer digitalisering van infrastructuurprocessen nodig. Zo ontstaat meer inzicht in de vraag wanneer tekorten zijn te verwachten en flexibilisering van de vraag gewenst is. In het rapport van Wennink wordt aanbevolen om de vergunningverlening te versnellen en de regels te versnellen, maant Wennink.
Verder roept hij op voor het talent te kiezen dat de toekomst nodig heeft. De Groot wijst op de krimpende beroepsbevolking waardoor we meer met minder mensen moeten doen. Dat vereist volgens hem het omarmen van artificial intelligence (ai). En daarvoor is weer nodig dat we de randvoorwaarden creëren die ai mogelijk maken. In dat kader moeten investeringen worden gedaan in ai-infrastructuur.
De Groot hoopt dat de politiek de oproep van Wennink om meer te investeren in infrastructuur en innovatie als een sterk signaal oppakt. Wat dat betreft is er onder het demissionaire kabinet nogal wat misgegaan. Vooral het stopzetten van het Nationaal Groeifonds betekende een doorkruising van het beleid. Een andere belangrijke randvoorwaarde is het aanpakken van het gebrek aan ruimte voor datacenters. Het stroomlijnen van ruimtelijke procedures zou veel helpen.
DINL
Marijn van Vliet, directeur DINL, is blij dat het rapport pleit voor een stevige digitale ruggengraat van de economie. Telecomnetwerken, zeekabels, datacenters, hosting, internet exchanges en cloudtoegang zijn allemaal onmisbare schakels van dit ecosysteem. Maar in Nederland dreigt deze keten te verkruimelen, aldus Wennink.
Van de negen zeekabels die nu naar Nederland lopen, is de helft aan het einde van zijn technische levensduur, en nieuwe aanlandingen vinden vooral in andere Europese landen plaats. Dat bedreigt de controle over het dataverkeer via Nederland en onze potentie als knooppunt: om alleen al aan de verwachte datavraag tussen Nederland en de VS te voldoen, zijn twee nieuwe intercontinentale zeekabels nodig.
DDA
Volgens de DDA laat het rapport Wennink overtuigend zien dat Nederland zijn positie als digitale koploper dreigt te verliezen als er niet snel wordt geïnvesteerd in de fundamenten van onze economie. Zonder voldoende datacenter-capaciteit, energievoorziening en ruimte voor groei komt onze positie in fintech, cloud en ai onder zware druk te staan, aldus de DDA.
Wennink schetst in zijn rapport hoe de Nederlandse opslag- en bewerkingscapaciteit van data tegen beperkingen aanloopt. In Nederland mogen in slechts 2 van de 342 gemeenten hyperscale datacenters worden gebouwd. Ook de reguliere datacenter-capaciteit groeit langzaam in vergelijking met andere Europese landen. Dat uit zich in toenemende krapte, waarschuwt Wennink. Amsterdam heeft tot 2035 een bouwstop ingesteld. Hierdoor wijken bedrijven en onderzoeksinstellingen nu al uit naar andere digitale hubs in het buitenland.
Koppositie verliezen
Wennink wees vrijdagochtend op de urgentie van harde infrastructuur voor ai: ‘Eén ding is absoluut zeker: als we steunen op ai, gaan we meer data gebruiken. Dus waar zijn die datacenters? Amsterdam verliest nu zijn koppositie aan Parijs en Frankfurt, omdat het tot 2035 geen nieuwe datacenters toelaat. We hebben harde infrastructuur nodig, anders kunnen kenniscentra niet groeien.’
Organiseer en financier publiek-private samenwerkingen om op korte termijn te investeren in intercontinentale en intra-Europese zeekabels, is zijn voorstel. En geef voorrang aan ruimte en energievoorziening voor (co-locatie) datacenters. Werk samen met gemeenten om ruimte en netcapaciteit slim te gebruiken, maar voer centrale regie op de benodigde capaciteit, aldus Wennink.
Het rapport Wennink is de vertaling van het Europese Draghi-rapport naar de Nederlandse situatie. Volgens Tjark Tjin-A-Tsoi, ceo van TNO, is veel over Draghi gesproken, maar er is nog veel te weinig mee gedaan. ‘Met dit advies van Peter Wennink aan Nederland is het tijd voor actie. Het is tijd om woorden om te zetten in daden.’
computable
12-12-2025 18:18